GGD: Jaarlijks minstens 36 eenzame doden
ROTTERDAM. Elk jaar liggen minimaal 36 doden langer dan twee maanden onopgemerkt in huis, zo blijkt uit een inventarisatie van 22 van de 24 GGD-regio’s in Nederland.
Dat meldde het Algemeen Dagblad dinsdagmorgen. Jaarlijks sterven honderden mensen een stille dood. Bij tientallen van hen duurt het soms maanden of zelfs jaren voordat zij gevonden worden.
Eenzame mannen van 60 jaar en ouder lopen het grootste risico om na hun overlijden pas laat te worden gevonden. Veel van deze ouderen leven een teruggetrokken bestaan. Buren en instanties merken pas laat of helemaal niet dat zij zijn overleden.
Het extreemste geval werd eind vorig jaar in Rotterdam bekend. Daar werd pas na tien jaar het lichaam gevonden van de op 74-jarige leeftijd overleden Bep de Bruin. Dit voorval zorgde landelijk voor de nodige opschudding.
Directeur Romme van het Nationaal Ouderenfonds voorzag toen al dat dergelijke gebeurtenissen vaker zullen gebeuren. Volgens hem komt dat doordat er geen bejaardentehuizen meer zijn en ouderen steeds langer thuis blijven wonen. „Je moet heel ziek zijn wil je in een verzorgingstehuis terechtkomen. Dan ben je al bijna dood.”
Directeur Ed van Hell van stichting Ontmoeting zag in november een rol weggelegd voor christenen in de zorg voor eenzamen: „We kunnen absoluut meer doen voor buitenkerkelijken in hun omgeving. De Bijbel is heel duidelijk: Hebt uw naasten lief als uzelf. Wij moeten er ook zijn voor eenzame bejaarden. Ik denk dat er in dat opzicht wezenlijk iets moet veranderen in de kerken. We dienen het diaconaat ook te richten op de samenleving om ons heen.”