Kerk & religie

Dr. Selderhuis spreekt voor AKZ over angst voor de dood

ZWOLLE. De middeleeuwers werden beheerst door angst voor de dood. Met de Reformatie verdween de angst voor het sterven. Of toch niet helemaal?

Van een medewerker
4 March 2014 08:49Gewijzigd op 15 November 2020 09:09

Prof. dr. J. Selderhuis sprak maandagavond over ”Verdwenen angst voor de dood?”. Het was de tweede lezing in een serie van vier over ”Midden in het leven is de dood” die door het AKZ+ werd georganiseerd. Het AKZ+ is een gezamenlijk project van de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA), de Theologische Universiteit Kampen (TUK) en de Gereformeerde Hogeschool Zwolle met het doel theologische kennis voor een breed publiek beschikbaar maken.

In de lezing van dr. J. Selderhuis, hoogleraar kerkgeschiedenis van de Theologische Universiteit Apeldoorn, ging het gisteren over de overgang van de middeleeuwen naar de tijd van de Reformatie, met betrekking tot het omgaan met het sterven en met de dood.

In de middeleeuwen was de dood letterlijk overal aanwezig vanwege de hoge kindersterfte en de vele sterfgevallen door ziekten en epidemieën. Dr. Selderhuis legde uit dat volgens het overheersende Godsbeeld van de middeleeuwen God werd voorgesteld als een strenge rechter. „Wie de levensgeschiedenis van de jonge Luther kent, weet wat voor angst dat veroorzaakte. Het hele systeem van de Rooms-Katholieke Kerk was destijds te vergelijken met het verzamelen van airmiles, echter met dit verschil dat je nooit zelf wist hoeveel punten je verzameld had. Volgens de leer van de kerk kon niemand zeker zijn van de zaligheid”, aldus dr. Selderhuis.

De Apeldoornse hoogleraar legde uit dat kerkelijke gebruiken, zoals het opdragen van een mis voor een overledene, bijdroegen aan een korter verblijf in het vagevuur. „De komst van de crucifixen betekende al een positieve wending omdat de aandacht meer dan voorheen op Christus’ verzoenend sterven werd gericht.”

In de middeleeuwen had men veel aandacht voor de stervenskunst, de ”ars moriendi”. Priesters en pastoors werden toegerust om stervenden te begeleiden, zei dr. Selderhuis. „Voor dit doel werden speciale boekjes met instructies voor stervensbegeleiding uitgegeven. In Luthers preken over de dood is nog altijd de invloed van zulke boekjes te merken.”

De Reformatie, met de centrale boodschap van het ”sola gratia”, betekende volgens de kerkhistoricus het einde van veel rituelen en kerkelijke praktijken. „De angst voor het vagevuur en het stervenssacrament van het heilig oliesel verdwenen grotendeels.”

Volgens de reformatorische leer zou de angst voor het sterven ook moeten verdwijnen, maar dr. Selderhuis zei dat bij Luther, in tegenstelling tot Calvijn, de stervensangst altijd aanwezig bleef. Dr. Selderhuis vermoedt dat hier een verklaring ligt waarom in bevindelijke kringen meer Luther dan Calvijn wordt gelezen. „De gereformeerde belijdenisgeschriften benadrukken de troost en het vertrouwen. Het doopformulier spreekt over „zonder vrees voor God verschijnen.””

Uit de reacties van de aanwezige deelnemers blijken de verschillen tussen bevindelijk en gereformeerd vrijgemaakt. Dr. Selderhuis: „Wat vroeger in de gereformeerde traditie bijeen was, is meer en meer uiteengevallen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer