Kerk & religie

Ds. L. W. Ch. Ruijgrok

Ds. L. W. Ch. Ruijgrok (1955), hervormd predikant in Monster, is sinds 1999 voorzitter van het Comité tot behoud van de Nederlandse Hervormde Kerk. Namens het Comité voerde hij het afgelopen jaar overleg in de commissie-Stelwagen, de zogenaamde antibreukcommissie. Het Comité zegt met de voorliggende kerkorde niet mee te kunnen in de toekomstige Protestantse Kerk in Nederland.

11 December 2003 09:12Gewijzigd op 14 November 2020 00:48

Wat hebt u met SoW

„Vanaf de allereerste fase van mijn predikantschap (Kerst 1980) heeft Samen op Weg gespeeld. Uiteraard is dat de jaren door steeds verder geïntensiveerd. In de periode dat ik in Middelharnis predikant was, ben ik preses geweest van de classis Brielle en als zodanig ook in de bredere verbanden van de kerk betrokken geraakt bij het verzet tegen Samen op Weg. Vanuit die hoedanigheid ben ik medeopsteller geweest van de open brief die in januari 1996 door meer dan 300 predikanten uit confessionele en hervormd-gereformeerde kring is ondertekend, met daarin de bekende zinsnede: „om Gods wil en om des gewetens wil kunnen wij de Nederlandse Hervormde Kerk niet prijsgeven voor een gefuseerde kerk, zoals die nu wordt voorgestaan.” Een brief met soortgelijke strekking verscheen in die periode ook van de hand van het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond. Daarin verklaarde het hoofdbestuur onder andere: „Wij spreken hier in het vervolg op ’Putten’ nog eens uit dat wij op de weg naar een Verenigde Protestantse Kerk in Nederland niet mee kunnen gaan.” Dat werd het hoofdbestuur niet door iedereen in dank afgenomen. Vandaar dat in hervormd-gereformeerde kring langzamerhand ook andere stemmen begonnen te klinken. Uit zorg daarover en met het oog op een stuk voortgaande bezinning is toen heel informeel in maart ’96 het Comité tot behoud van de Nederlandse Hervormde Kerk ontstaan. We wilden vasthouden aan de grondlijnen zoals die tot aan januari 1996 getrokken zijn.”

Noem hoogtepunten van het SoW-proces die u persoonlijk hebt meegemaakt.

„Een hoogtepunt was voor mij de ambtsdragersvergadering in 1992 in Putten. Voor die tijd was er veel onrust onder hervormd-gereformeerden, maar ’Putten’ bond samen en trof de juiste geestelijke toon. Voor mij persoonlijk was de uitspraak ”Wij kunnen niet weg en wij kunnen niet mee” een geloofsuitspraak die precies de juiste geestelijke positie weergaf. Het had iets in zich van: „Hier staan we, we kunnen niet anders, onze hoop is op de levende God!”

In het verlengde hiervan zijn er ook hoogtepunten van heel persoonlijke aard geweest. Onvergetelijke hoogtepunten als je vanuit de diepten die er ook vanwege Samen op Weg in mijn leven zijn geweest boven alles wordt uitgetild en tot in de diepste vezels van je ziel Zijn onderwijs mag ontvangen en Zijn liefde en tegenwoordigheid mag ervaren. Ik ben er diep van overtuigd: Hij vergist Zich niet.”

En dieptepunten.

„Ik wil er twee noemen. Allereerst de schok die de presentatie van de ontwerpkerkorde bij mij teweegbracht. Daaruit werd op schrijnende wijze duidelijk dat de nieuwe kerk niet langer een gereformeerde, maar een modern-plurale zou zijn. Een kerk waarin zelfs leringen en praktijken, volledig in strijd met Gods Woord, een voluit wettige plaats zouden krijgen. Je besefte meteen: dit kan niet uit God zijn. Dit is geen ”pinkstervrucht”, zoals ooit door ”de Achttien” beoogd, maar een nieuwe aanval van de boze op Gods planting in Nederland. Dan dringen zich ook vragen aan je op als: Wat heeft de Heere God ons hierin te zeggen? Welk oordeel is zich bezig te voltrekken?

Een tweede dieptepunt was wat ik met een term van Groen zou willen aanduiden als ”het breken van de slagorde” in 1996. Veel zou hierover te zeggen zijn, maar dat past niet. Het is genoeg dat de Heere dat weet. Laat ik alleen dit zeggen: Ik ben er diep verslagen van geweest en de nacht na ’Amersfoort’ heb ik bijna geen oog dicht gedaan. Ik zag de geweldige crisis voor me die het breken van deze slagorde zou veroorzaken in hervormd-gereformeerde kring, maar -nog erger- ook in heel de kerk. En het is me tot op de dag van vandaag een blijvende pijn en een blijvend verdriet.”

Stelling 1: SoW heeft zich ontwikkeld als een van bovenaf opgelegd proces.

„Helaas wel, ja. Vanuit het grondvlak van de kerk heeft menigmaal het appèl geklonken om niemand tegen het geweten in te dwingen en daarom niet verder te gaan dan federatie, maar het is stelselmatig terzijde gelegd. Daarmee schendt men het meest fundamentele artikel van het synodaal-presbyteriale kerkrecht: „Geen gemeente zal over andere gemeenten, geen dienaar over andere dienaren, geen ouderling of diaken over andere ouderlingen of diakenen enige heerschappij voeren.”

Stelling 2: De hervormde synode en de beide SoW-partners peilen onvoldoende hoe diep de bezwaren zijn van verontruste hervormden.

„Lange tijd heb ik gedacht dat dat inderdaad zo was. Maar mijn deelname aan de antibreukcommissie heeft mij geleerd: Men weet het wel degelijk, maar men wil deze bezwaren niet wezenlijk honoreren. Want men wil een nieuwe kerk met een nieuw modern belijden en een nieuwe moderne praktijk die een breuk betekent met de praktijk en het belijden van de Kerk der eeuwen. Er is dus sprake van een fundamentele strijd der geesten.”

Stelling 3: Als lokaal scheuren en breuken optreden, moet het proces als mislukt worden beschouwd.

„Wat hadden ”de Achttien” op het oog? „Een nieuwe gemeenschap die leeft in één geloof, één hoop en één liefde.” Daarbij spraken ze nadrukkelijk uit dat het hun niet ging om „bepaalde délen van onze kerken, maar om héél de hervormde en héél de gereformeerde kerk.” Ik kan dus niet inzien dat wat nu te gebeuren staat in de geest van ”de Achttien” is.”

Hoe vult u de dag van 12 december in?

„Ik zie die dag met vrees en beven tegemoet. Maar Gode zij dank, er is één plek waar alles mag worden neergelegd en uitgezegd. Wij kennen Gods raad niet. Hij is machtig om, geheel onverdiend, uitkomst te geven. Maar als Zijn weg anders is en wij met elkaar nog dieper de crisis in moeten, moge Hij ons dan de genade geven om standvastig te blijven tot het einde.”

Uw grootste wens, aan de vooravond van het besluit.

„„Och, dat Gij de hemelen scheurde, dat Gij nederkwaamt…” Dan komt alles op Zijn plaats en krijgt Hij alleen de eer.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer