Dordtse veteranen vereerd door ontvangst gemeente
DORDRECHT. Dordtse veteranen werden onlangs voor het eerst door het gemeentebestuur ontvangen. Woordvoerder Piet van Huizen (84) is er nog altijd van onder de indruk. „Ik ben daar zo ontzettend blij mee. We voelen dit als een erkenning.”
Van Huizen zwaait met name burgemeester Brok lof toe. „Tot voor kort gebeurde er in Dordrecht weinig voor oorlogsveteranen. Met Broks komst is dat veranderd.”
De gemeente Dordrecht verklaarde dat het gemeentebestuur eerder vond dat het veteranendossier vooral een zaak van de rijksoverheid is. Brok bracht daar verandering in. Van Huizen: „Hij was wethouder in Leeuwarden en burgemeester van Sneek. In Friesland wordt veel aandacht besteed aan veteranen. Brok heeft dat meegenomen naar Dordrecht en het hier opgepakt. Eerst bracht hij een bezoek aan ons Veteranencafé, waar veteranen samenkomen. Toen beloofde hij dat B & W ons zouden uitnodigen. Ik kon mijn ogen en oren niet geloven toen dat ook echt gebeurde.”
Van Huizen zet zich met hart en ziel in voor de veteranen. Hij is een trouw bezoeker van het Veteranencafé. Daar komt een deel van de ruim 500 Dordtse veteranen eens in de vier weken samen. Hij maakt ook deel uit van het Platform Stedelijke Herdenking en bezoekt rond 4 mei alle herdenkingen in Dordrecht. „Dit jaar vallen die op zondag. Ik kerk in de Wilhelminakerk. Met mijn kleindochter zal ik tijdens de dienst het Gedicht van de 18 doden voordragen. En we zingen Psalm 43; dat hoort op die dag.”
Van Huizen is ook landelijk actief. Hij is betrokken bij de jaarlijkse reünie van zijn eigen onderdeel: het 7e bataljon van het garderegiment Grenadiers. „We komen al 27 jaar samen in Schaarsbergen.”
De veteraan raakt ontroerd als hij over zijn tijd in Indië spreekt. „Ik ben geboren in Holwerd, Friesland. Ik zat onder de koeien toen ik werd opgeroepen. Ik was nog nooit van huis geweest. Toen moest ik ineens naar Amersfoort. Met mijn collega’s uit alle delen van het land vertrokken we naar Indië om orde en vrede te brengen. Ik vond het heel vreemd daar; een totaal andere cultuur.”
Al te veel wil de geboren Fries niet over zijn tijd in Indië vertellen. „Er zijn er daar 6234 van ons gesneuveld. Die zijn nooit teruggekomen. Ik word nog altijd emotioneel als ik daaraan terugdenk. Toen ik thuiskwam, reageerden de mensen laconiek. „Oh, ben je er weer”, zeiden ze. „Dat treft, dan kun je weer aan het werk.” Na een paar weken had ik heimwee naar de jongens. Dat begrepen ze niet op het dorp. „Hij is anders geworden”, zei mijn verloofde. Dat klopte.”
Rond zijn 60e kwamen alle herinneringen weer boven en ontstond de behoefte aan een reünie. „In 1993 zijn we met een groep teruggeweest, met onze vrouwen. Om hun te laten zien waar wij waren geweest. We legden bloemen op een ereveld. Ontroerend.”
Piet van Huizen vindt het belangrijk om het verleden te gedenken. „We moeten de verhalen blijven vertellen. Ook de kinderen moeten het weten. Mijn generatie wordt te oud om het door te geven, anderen moeten het van ons overnemen.” Daarom ook werd hij zo geraakt door de uitnodiging van het Dordtse gemeentebestuur. „De burgemeester was er, samen met drie wethouders, en bijna 200 veteranen. Die ontmoeting wordt zeker herhaald. Ik ben de burgemeester daarvoor heel erkentelijk.”