Dankdienst voor 35 jaar Friedensstimme
GOUDA. „We gedenken Gods weldadigheden en staan in ootmoedige verwondering stil bij wat God tot stand heeft gebracht.” Met die woorden opende ds. A. van der Zwan, voorzitter van stichting Friedensstimme, zaterdag in een volle Sint-Janskerk in Gouda de dankdienst voor 35 jaar Friedensstimme.
De Friedensstimmevoorzitter wilde niet spreken van een hoogmoedig en evenmin van een mismoedig gedenken. Psalm 48 roept op tot lofprijzing en een gedenken van Gods weldadigheden, met verwachting voor de toekomst. In de verre Russische poolstreek is er nog altijd sprake van een heilige oorlog om stad mensenziel, betoogde hij.
Hoofdspreker van de bijeenkomst was evangelist Andrej Joedintsev, die zowel de periode voor als na de val van het communisme bewust meemaakte. Toen hij jong was, was hij „half werelds en half christen.” Zijn moeder had hem niet over voor de duivel en bad of hij een dienstknecht van God mocht worden. Als 18-jarige werd hij tijdens een kerkdienst gevangengenomen en daarna zat hij drieënhalf jaar in de gevangenis. „Ik bad in mijn cel of God mij niet wilde verlaten. Die belofte heeft de Heere gestand gedaan”, aldus Joedintsev. In zijn cel vertelde hij zijn medegevangenen waarom hij daar zat. „Het was er zwaar. Je eetgerei moest je wassen met zand.”
Na zijn gevangenschap moest hij twee jaar in militaire dienst. „Maar ook toen heeft God mij niet verlaten.” Na zijn diensttijd ging Joedintsev christelijke gezinnen langs met groepjes geloofsgenoten. „Een dronken vrouw bedreigde ons eens met een bijl. Toen ik later evangelist ben geworden en op diezelfde plek weer terugkwam, was diezelfde vrouw een voorbeeldchristin geworden. Zo zie je dat God werkt.”
Het werk als evangelist is zwaar, zegt Joedintsev. „Maar als God met je is, is het goed werk. In Psalm 91 zegt de dichter de Heere tot een toevlucht te hebben. Zo maakt God omstandigheden die we nodig hebben om dat te zeggen. Vanavond zien we de grote daden die hij heeft gedaan en doet.” Ook hij wilde niet spreken van een triomftocht, „net zo min als de ezel dat ervaren heeft waarop Jezus Jeruzalem werd binnengehaald. Zou die ezel zich niet afgevraagd hebben waarom de mensen al die kleden en takken voor hem uitspreidden? Zo verkondigen wij het Woord: we hebben dezelfde status als een ezel. Met het Woord mogen we Jezus aanprijzen.”
In 1991 was Joedintsev voor het eerst in Nederland te gast bij Friedensstimme. Zijn gezin telde toen nog slechts een dochter. Inmiddels heeft hij een groot gezin. „Kinderen zijn onze kroon. Ze hebben het Koninkrijk van God. Het bloed van Christus is de prijs voor hun ziel”, zegt hij. Toch vreest hij dat hij voor zijn gezin geen goed voorbeeld is. „Ik zou veel meer in Gods dienst bezig moeten zijn.”
Rien Uijl, medeoprichter van Friedensstimme, vertelde over het grote verschil tussen de periode voor de Wende en nu. „Voor die tijd was het niet mogelijk Bijbels te verspreiden. Nu mag het Woord verkondigd worden.” Toch zijn er volgens hem gebieden waar miljoenen mensen nog niet bereikt zijn met het Evangelie.
Een samengesteld koor en orkest uit Duits-Russische baptistengemeenten verleende medewerking aan de dankdienst.
“Verdergaan totdat Hij komt” : Friedensstimme viert jubileumdag met 1500 bezoekers (Reformatorisch Dagblad, 04-10-2004)
Een overvalwagen op het netvlies – interview met Rien Uijl n.a.v. 25 jarig jubileum van Friedensstimme (Reformatorisch Dagblad, 30-09-2004)
Eerste nummer „Friedensstimme” verschenen (Reformatorisch Dagblad, 22-12-1979)