Riezenkamp staat in de kunstwereld vooral bekend als de man van de kunstennota (later cultuurnota) en de verzelfstandiging van de Rijksmusea. Hij begon zijn ambtelijke loopbaan in 1982 als plaatsvervangend secretaris–generaal bij het toenmalige ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk (CRM). Kort daarna werd hij directeur–generaal culturele zaken bij het ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (WVC) en vanaf 1994 bij het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen.

Vanaf 1998 tot 2002 was Riezenkamp directeur–generaal cultuur en arbeidsvoorwaarden, het afgelopen jaar was hij als DG verantwoordelijk voor de portefeuille arbeidsmarkt en economie.

De afgestudeerd fiscaal bedrijfseconoom, begon zijn loopbaan als belastingadviseur bij Moret. Daarna was hij twaalf jaar lid van de gemeenteraad van Rotterdam. Hij was bijna een decennium wethouder met de portefeuilles financiën, kunstzaken, personeels– en organisatiezaken en haven– en economische aangelegenheden.