Prei gekweekt in pvc-buisjes is zonder zand
KAMPERLAND. Prachtige prei waar bij de oogst geen spoortje zand in is te vinden. Het klinkt te mooi om waar te zijn. Toch kan het. Teler Robert Sandee uit Kamperland kweekt prei in pvc-buisjes die in tempex bakken op water drijven.
In vakbladen las Sandee over proeven van de universiteit in Wageningen. Bij die proeven wordt teelt van diverse soorten groente, fruit en bloemen zo veel mogelijk „uit de grond” gehaald, om minder kwetsbaar te zijn voor ziektes die in de grond kunnen zitten.
Hoewel het centrum van de Hollandse preiteelt zich in Zuidoost Nederland bevindt, was er daar weinig animo. Sandee voelde er wel wat voor om grond en tijd beschikbaar te stellen. „Ik teel veel soorten groente en fruit. Ook prei, maar de Zeeuwse klei is er eigenlijk te zwaar voor. Daarom wilde ik wel meedoen aan de proef.”
Zonlicht
Het is voorjaar 2013 als de eerste preiplantjes in pvc-buisjes worden gestoken. Wit vanbuiten, om het zonlicht te weerkaatsen, zwart vanbinnen, om de prei wit te houden. De buisjes worden op hun beurt weer in tempex bakken gestoken, waarna de bakken op het water drijven in bassins van 30 centimeter diep.
Op slechts één andere locatie, Vredepeel in Limburg, gebeurt hetzelfde. Daar is vier jaar geleden het project begonnen. Het planten wordt steeds tegelijkertijd gedaan, zodat de resultaten goed vergeleken kunnen worden. „Er staat hier op het land 400 vierkante meter aan bassins. Met tussenpozen van twee weken wordt er iedere keer 80 vierkante meter vol geplant, zodat de oogst ook gefaseerd kan gebeuren”, vertelt Sandee.
In de zomer kan de prei na zeventig dagen volgroeid zijn, in de winter duurt dat uiteraard langer. „Toch kunnen er bij teelt op water wel drie teeltrondes per jaar plaatsvinden, terwijl dat bij teelt in de grond maar anderhalf is.” Daar komt nog eens bij dat de oppervlakte ook veel intensiever benut kan worden. Sandee: „In de grond plant ik ongeveer 15 plantjes per vierkante meter, in water kan ik er wel 64 kwijt op hetzelfde oppervlak.”
Nitraatgehalte
De enthousiaste teler kan nog even doorgaan met het opnoemen van voordelen. „Prei wordt vooral veel op zandgrond geteeld. Het probleem was dat veel (kunst)mest uitspoelde, waarbij het nitraatgehalte in de bodem veel te hoog werd. Daarom mocht er minder bemest worden, wat leidde tot minder rendement. Bij teelt in water kun je heel nauwkeurig voedingsstoffen doseren en spoelt er niets de bodem in. Bovendien zijn er bij teelt in water tot nu toe geen insecten en nagenoeg geen schimmels voorgekomen, waardoor er ook geen chemicaliën nodig zijn.”
Hoewel slechts een neveneffect van de teelt in water, is het toch een prettige bijkomstigheid: de prei uit water bevat niet één korrel zand. ”Prei zandvrij” staat er daarom op de verpakking. Vrijdag lag de eerste prei van de tweede teeltronde bij de Agrimarkt in Goes op de groenteafdeling.
Ook naar de vraag of de prei niet waterachtig van smaak wordt, is onderzoek gedaan. „Bij een smaakproef, waarbij blind geproefd moest worden, kon niemand het onderscheid in teeltmethode proeven”, aldus Sandee.
Regenwater
De proef zou aflopen in juli van dit jaar, maar is onlangs met drie jaar verlengd. Sandee gaat met plezier nog door. Plannen heeft hij ook nog. „Ik wil nog een soort tunnel over de bakken realiseren die het regenwater kan opvangen. Bij veel regenval verdunt nu de concentratie van voedingsstoffen in het water te veel, terwijl ik het water goed kan gebruiken voor bijvoorbeeld de aardbeien.”