De Amerikaanse president Obama heeft in 2011, kort na het uitbreken van de burgeroorlog in Syrië, een plan voor een geavanceerde cyberaanval op het Syrische leger geblokkeerd.
Dat meldt de New York Times dinsdag.
Het aanvalsplan werd ontwikkeld door het Pentagon en de National Security Agency en was specifiek gericht tegen de Syrische capaciteit voor het uitvoeren van luchtaanvallen. Ook fabrieken waar raketten werden gemaakt waren potentieel doelwit, schrijft de krant. Een voormalige ambtenaar zegt: „De aanval zou het licht uitdoen voor Assad”.
President Obama blokkeerde de cyberaanval omdat hij geen strategische waarde zag in een Amerikaanse interventie. Volgens de president zou ook een geraffineerde cyberaanval grote risico’s met zich meebrengen.
Volgens de New York Times zijn Obama’s aarzelingen een uiting van bredere zorgen die leven omtrent cyberoorlogsvoering. De Verenigde Staten geven miljarden uit aan de ontwikkeling van cyberwapens, in de hoop dat deze de noodzaak van traditioneel militair ingrijpen reduceren.
Binnen de regering-Obama wordt al langere tijd gesproken over de inzet van cyberwapens. Zo is er geen consensus of deze breed moeten worden ingezet, of slechts in geheime operaties tegen bijzondere, moeilijk te treffen doelen. Ook wordt gevreesd voor vergeldingsacties door Syrië, Iran of Rusland.
Hoewel de VS forse bezuinigingen hebben aangekondigd op het leger en traditionele wapensystemen, wordt er juist meer geïnvesteerd in cyberwapens.