De leidende Dow-Jonesindex sloot de laatste handelsdag van de week af met een winst van 1,1 procent op 15.794,08 punten. De bredere S&P 500 kreeg er 1,3 procent bij en stond op 1797,02 punten. De technologiegraadmeter Nasdaq steeg 1,7 procent naar 4125,86 punten.

De werkgelegenheid in de VS, afgezien van de landbouwsector, nam vorige maand per saldo met 113.000 banen toe. Dat waren er fors minder dan verwacht; economen rekenden gemiddeld op 180.000 nieuwe arbeidsplaatsen. De groei was wel sterker dan in december, toen er 75.000 banen bij kwamen. De werkloosheid daalde tot 6,6 procent, het laagste peil sinds oktober 2008.

Zoals bij meer teleurstellende economische data de afgelopen dagen werd ook deze tegenvaller toegeschreven aan het barre winterweer van de laatste tijd. Beleggers putten nog altijd moed uit de sterke economische opleving in de tweede helft van 2013 en uit de resultaten die bedrijven tot dusver bekend hebben gemaakt over het vierde kwartaal. Die waren in veel gevallen beter dan verwacht.

Vliegtuigfabrikant Boeing was de sterkste stijger bij de hoofdfondsen met een winst van 3,6 procent. Verder deden farmaceut Merck, sportkledingfabrikant Nike en creditcardmaatschappij American Express goede zaken met koersstijgingen van 1,5 tot 1,9 procent. Technologieconcern IBM zou volgens Financial Times overwegen zijn chipdivisie te verkopen en won 1,5 procent.

De zwakste broeder in de Dow was Coca-Cola. De frisdrankproducent werd 0,2 procent minder waard en was daarmee de enige daler onder de hoofdfondsen. Financieel concern Goldman Sachs, entertainmentgroep Walt Disney en verzekeraar Travellers stonden met koerswinsten tot 0,2 procent ook onderin de Dow.

De euro was 1,3635 dollar waard, tegen 1,3612 dollar bij het slot van de Europese beurshandel eerder op de dag. De prijs van Amerikaanse ruwe olie steeg 2,2 procent tot 99,96 dollar per vat. Een vat Brentolie van 159 liter bracht 109,43 dollar op, een prijsstijging van 2,1 procent.