Dat maakte de Autoriteit Financiële Markten (AFM) vrijdag bekend. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft de boetes vernietigd omdat niet vast is komen te staan dat er daadwerkelijk sprake was van voorkennis in de zaak, die speelde in de aanloop naar de overname van Super de Boer door Jumbo eind 2009.

Volgens de AFM had Van Leeuwen gehandeld in aandelen Super de Boer op grond van informatie die Heidman verstrekte tijdens een besloten bijeenkomst met franchiseondernemers in het najaar van 2009. De directeur van Schuitema zinspeelde bij die gelegenheid op nieuwe ontwikkelingen in de overnamestrijd, die net daarvoor met een bod van Jumbo was losgebarsten.

In de lunchpauze plaatste Van Leeuwen een flinke kooporder, in de veronderstelling dat Heidema doelde op een tegenbod van Schuitema zelf. Uiteindelijk was het Sperwer Groep die Jumbo tevergeefs probeerde af te troeven, terwijl Schuitema een samenwerkingsovereenkomst sloot met het Brabantse familiebedrijf. Inmiddels is ook C1000 overigens in handen van Jumbo.

Het CBb meent dat de opmerkingen van Heidman weinig concreet en „voor verschillende uitleg vatbaar” waren en daarmee niet als voorkennis kunnen worden bestempeld. Dat betekent dat Van Leeuwen zich ook niet schuldig heeft gemaakt aan misbruik van voorkennis, aldus het beroepscollege.