Analyse: Plasterk hangt aan zijden draad
DEN HAAG. Minister Plasterk van Binnenlandse Zaken zit in het nauw. In een brief liet hij weten dat hij de Kamer verkeerde informatie verstrekte. Dat is een politieke doodzonde.
Er bestaat geen receptenboek waarin staat wanneer ministers het veld moeten ruimen. Dat blijft altijd een politieke afweging. De ene leugen is de andere niet. En dan moet ook de vraag worden beantwoord of de bewindsman bewust en tegen beter weten in heeft gejokt of dat hij verkeerd is voorgelicht door zijn ambtenaren.
Verder is belangrijk is hoe de coalitiepartners de kwestie beoordelen. Die beslissen uiteindelijk over het lot van bewindspersonen. Maar bewindspersonen kunnen zelf ook tot de conclusie komen dat ze niet meer goed kunnen functioneren. Meestal is er dan achter de schermen wel de nodige druk uitgeoefend.
In het geval van Plasterk is duidelijk dat hij de Kamer verkeerde informatie verstrekte. Op tv en in de Kamer heeft de bewindsman afgelopen herfst laten weten dat niet Nederlandse veiligheidsdiensten, maar de Amerikaanse NSA 1,8 miljoen gesprekken van Nederlanders had verzameld. In het programma Nieuwsuur van 30 oktober 2013 verklaarde de bewindsman letterlijk: „Die 1,8 miljoen gesprekken, daar heb ik nog eens nadrukkelijk naar gekeken, die zijn niet door de Nederlandse dienst verzameld en dus niet door de Nederlandse dienst verschaft aan de NSA.”
Enkele dagen later, op 6 november, verklaarde de bewindsman tijdens een algemeen overleg in de Tweede Kamer over hetzelfde onderwerp: „De verklaring die de NSA heeft gegeven, is dat er kennelijk ook door andere bondgenoten dergelijke informatie met hen is gedeeld. Ik heb al eerder gezegd dat Nederland dat niet heeft gedaan.”
Op woensdag 3 februari erkennen Plasterk, die verantwoordelijk is voor de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD), en minister Hennis, die verantwoordelijk is voor de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD), dat deze informatie niet klopt. De 1,8 miljoen data zijn door de Nationale Sigint Organisatie (NSO) verzameld en ter beschikking gesteld aan de Verenigde Staten. De NSO is een samenwerkingsverband van de AIVD en de MIVD dat informatie verzamelt over terrorisme en waakt over de veiligheid voor militaire operaties in het buitenland.
Plasterk geeft daarmee toe dat hij de Kamer onjuist heeft geïnformeerd. Over de achtergrond ervan is nog niets bekend. Heeft Plasterk bewust de Kamer onjuiste informatie verstrekt? Of hebben ambtenaren hem op het verkeerde been gezet? De brief geeft daarover geen uitsluitsel. De JOVD, de jongerenorganisatie van de VVD, maakt het eigenlijk niet uit. In beide gevallen moet Plasterk het veld ruimen. Ook SP en GroenLinks lijken een vergelijkbare redenering te volgen.
Toch is dat te kort door de bocht. Plasterk zal eerst tekst en uitleg moeten geven over de informatieverstrekking van vorige herfst. De minister moet ook de kans krijgen om zijn kant van het verhaal naar voren te brengen. Dat zal volgende week dinsdag gebeuren. Uit het feit dat de bewindsman niet direct naar de Kamer is geroepen, kan worden afgeleid dat de coalitiefracties de kwestie niet superhoog opnemen.
Plasterk heeft er kennelijk voor gekozen om in een debat nadere tekst en uitleg te geven. Anders had hij daar wel op in kunnen gaan in de brief.
Voor Plasterk pleit dat hij zelf het initiatief heeft genomen om de Kamer te informeren over de onjuiste informatieverstrekking. Verder wijzen hij en Hennis erop dat de verzamelde gegevens niet onrechtmatig zijn. Het gaat om gegevens die zijn „verzameld in het kader van de wettelijke taakuitoefening.”
Voor Plasterk pleit tot slot dat hij als minister van Binnenlandse Zaken en als minister van Onderwijs in het kabinet-Balkenende geen grote schuivers heeft gemaakt. Het argument dat dit de laatste druppel is die de emmer doet overlopen, gaat in zijn geval niet op.
Maar dat het politiek voortbestaan van Plasterk aan een zijden draad hangt, staat wel vast.