Reputatie justitie in zaak-Louwes onder druk
Krijgt het aanzien van politie en justitie na het debacle van de Puttense moordzaak opnieuw een geduchte knauw? Komende week buigt het hof in Den Bosch zich over de zaak tegen boekhouder Ernest Louwes, die naar eigen zeggen ten onrechte veroordeeld is voor de moord op de 60-jarige weduwe Jacqueline Wittenberg in september 1999.
Er is een gerede kans dat Nederland komende weken opnieuw een ”gerechtelijke dwaling van de eeuw” in de boeken kan bijschrijven. Menigeen is ervan overtuigd dat Ernest Louwes ten onrechte is veroordeeld tot twaalf jaar cel voor de moord op Wittenberg. De boekhouder uit Lelystad, die meer dan twee jaar vast heeft gezeten, heeft altijd iedere betrokkenheid ontkend.
De Hoge Raad bepaalde in juli dit jaar dat de zaak moet worden heropend. Het besluit viel na een verbeten juridische strijd van Louwes, onder meer geholpen door schriftkundig bureau Waisvisz. Raadsman van de boekhouder is mr. G. J. Knoops, die eerder vrijspraak voor Herman Dubois en Wilco Viets in de geruchtmakende Puttense moordzaak in de wacht sleepte.
De weduwe Wittenberg wordt op zaterdagmorgen 25 september 1999 levenloos aangetroffen in haar woning aan de Zwolseweg. Ze blijkt met vijf messteken te zijn omgebracht. De rijke vrouw moet door een bekende zijn omgebracht, denkt justitie. Aan haar woning zijn geen sporen van inbraak te vinden.
Twee maanden later grijpt de politie boekhouder Louwes in de kraag. Hij heeft de schijn tegen. Louwes zou uit zijn geweest op het vermogen van Wittenberg. Bovendien heeft de executeur-testamentair het laatst met de weduwe gebeld. Dat was op donderdag 23 september 1999, ’s avonds om halfnegen, vermoedelijk vlak voor haar dood. Uit onderzoek komt naar voren dat Louwes’ telefoontje vlak bij de woning van Wittenberg zou zijn gepleegd. Het belletje is namelijk opgepikt door een gsm-paal in Deventer.
Dan is er nog een mes dat in een portiek in Deventer is gevonden. Volgens justitie gaat het om het moordmes. Een speurhond combineert bij een zogeheten geursorteerproef de geur van Louwes met de geur op het mes. Het plaatje lijkt rond: Louwes is schuldig. Besluit de Zwolse rechtbank de boekhouder vrij te spreken, het gerechtshof in Arnhem veroordeelt de man in december 2000 tot twaalf jaar cel.
Het bewijs tegen Louwes lijkt echter aan alle kanten te rammelen. Cruciaal is dat op het vermeende moordmes na recent onderzoek geen enkel spoortje DNA van slachtoffer Wittenberg is gevonden. Dat zou kunnen betekenen dat het bewuste mes niets te maken heeft met de moordzaak.
Verder zijn er grote twijfels over de deugdelijkheid van de geursorteerproef. Onder meer prof. P. J. van Koppen, deskundig op het terrein van geursorteerproeven, veegt de vloer aan met de betrouwbaarheid van de proef in deze zaak. Ook het ’telefoonbewijs’ lijkt op losse schroeven te staan. Louwes houdt vol dat hij de weduwe Wittenberg op de bewuste avond vanaf de snelweg bij ’t Harde heeft gebeld. Onderzoek heeft uitgewezen dat door atmosferische omstandigheden het telefoontje ’overgewaaid’ kan zijn naar de paal in Deventer.
Louwes twijfelt er niet aan dat hij bij het herziene proces komende week in Den Bosch van alle blaam gezuiverd zal worden. Hij kan zich niet voorstellen dat het hof hem schuldig zal bevinden. „Natuurlijk volgt vrijspraak. Ik heb niets met deze zaak te maken. Er is helemaal geen bewijs.”
Louwes kreeg in april dit jaar, toen hij nog vastzat in zijn cel in de gevangenis van Lelystad, vanuit reformatorische hoek honderden steunbetuigingen toegestuurd, nadat een familie uit Kootwijkerbroek een oproep in familieblad Terdege had geplaatst. „Heel erg leuk.”