„Het blijven hanteren van het verbod om winkels op zondag open te stellen, geldt als een gegeven”, stelde het college van burgemeester en wethouders in een toelichting. Winkelopening op feestdagen en ’s avonds wordt niet algemeen toegestaan, gezien „de omvang van het dorp.” In de verordening is opgenomen dat het college ontheffing kan verlenen als een middenstander daarom vraagt. „Per geval wordt dan een afweging gemaakt.”

De VVD en de Democraten Scherpenzeel wilden de verordening „toekomstvaster maken”, door daarin wel de mogelijkheid van een ontheffing voor de zondag op te nemen. „Het is aan het dan zittende college om erover te beslissen. Zonder ontheffingsmogelijkheid komt er nooit een verzoek en weten we ook niet of er behoefte is aan zondagsopenstelling”, aldus VVD-raadslid Van der Heide. „Het is intolerant om anderen niet in staat te stellen anders te denken en anders te doen.”

„Gods gebod tot zondagsheiliging is universeel en geldt ieder mens”, reageerde SGP-fractievoorzitter Mulder. „Tolerantie is blijkbaar het dogma van de liberalen, maar waar de essentiële drijf­veren van liefde en genegenheid niet aanwezig zijn, is er sprake van pseudo­tolerantie.”

CDA’er Slappendel vond dat de zondag „best een collectieve rustdag mag zijn.” „Maar moeten we anderen beknotten in hun vrijheid? De tijd is niet rijp voor structurele ontheffing voor de zondag het hele jaar door. Maar als iemand incidenteel, bij een bepaald evenement bijvoorbeeld, zijn zaak open wil hebben, kan ik daar wel mee leven.” „Als u incidenteel toch wilt toegeven, is uw koers niet helder. Dat is schipperen”, stelde CU’er Van Dijk.