Opinie

In de Bijbel zien we God in het hart

De Schrift is ons gegeven om ons wijs te maken tot de zaligheid door het geloof in Jezus Christus, stelt dr. P. de Vries.

Dr. P. de Vries
30 January 2014 10:28Gewijzigd op 15 November 2020 08:32
beeld Fotolia
beeld Fotolia

In deze krant ontspon zich een discussie over de leer van de Heilige Schrift, het sola Scriptura (zie hier voor de laatste bijdrage en links naar eerdere bijdragen). Ik wil een kleine bijdrage daaraan leveren.

Altijd moeten wij beginnen en eindigen met de dringende raad de Schrift te lezen. Verblijdend is het als de lezer van de Schrift gaat vragen om de leiding door en verlichting met de Heilige Geest. Dat is geen vanzelfsprekende zaak. Wie de Schrift ziet als een verzameling van puur menselijke boeken zal de zin van dat gebed niet inzien.

De Schrift betuigt ons dat hij aan ons gegeven is om ons wijs te maken tot zaligheid door het geloof in Jezus Christus. Christus is de kern van de Bijbelse boodschap. Sinds de zondeval kunnen wij God onze Schepper alleen echt kennen als wij tot Hem leren naderen door de Middelaar Jezus Christus, God en mens in één persoon.

Wie zo de Schrift leert lezen zal, als hem wordt gevraagd wat dit boek tot een uniek boek maakt, achter de veelheid van menselijke schrijvers wijzen naar de ene goddelijke Auteur. De Schrift zelf noemt dan in het bijzonder de persoon van de Heilige Geest. De Heilige Geest heeft de Schrift geïnspireerd. De woorden van de Schrift die God via menselijke bemiddeling tot ons deed komen en doet komen, zijn de woorden van God Zelf. In de Schrift lezen wij Gods gedachten en kijken wij God in het hart. Wie de Schrift zo mag lezen, is daarvan uiteindelijk overtuigd niet door allerlei argumenten en bewijzen maar door de Heilige Geest Zelf, Die in de Schrift tot ons spreekt.

Luther

Dezelfde Geest Die in de Schrift tot ons spreekt en ons innerlijk overtuigt van zijn goddelijke karakter, leert ons de Schrift verstaan en leert ons Hem lief te hebben en maakt ons gelijkvormig aan Hem van Wie de Schrift getuigt: Jezus Christus.

Daarmee komen wij in dit leven nooit klaar. Luther schreef twee dagen vóór zijn sterven dat wij 5 jaar met herders moeten verkeren om de herdersdichten van Vergilius te verstaan en wel 25 jaar in de politiek moet zitten om de redevoeringen van Cicero op hun juiste waarde te kunnen schatten. Zo moet men niet menen de Heilige Schrift genoeg te hebben gesmaakt als men niet honderd jaar met de profeten de kerk heeft geregeerd.

Vanaf de verlichting wordt steeds vaker gepropageerd dat de Schrift op zijn best slechts in indirecte zin het Woord van God is. In samenhang daarmee wordt theologie niet gezien als de studie die zich richt op de kennis van God met als norm en bron de Heilige Schrift, maar bijvoorbeeld als de studie die zicht richt op het geloof in God zoals Hij vanuit de Schrift in de christelijke kerk wordt verkondigd. God Zelf is niet langer het voorwerp van theologie.

Kennis

De vraag naar de aard en betekenis van de Schrift en de vraag naar de aard van de geloofsleer hangen onlosmakelijk met elkaar samen. Wat is nu echte kennis van God?

Als de vraag naar voren komt wat dan die zuivere kennis van God inhoudt, hoeft en moet het antwoord niet zijn dat elk aspect daarvan even belangrijk is. Zeker is echter wel dat geloof ook kennis inhoudt. We moeten dan op zijn minst drie, misschien wel meer niveaus onderscheiden.

Er zijn zaken die absoluut noodzakelijk zijn tot zaligheid. Daartoe behoren in ieder geval de belijdenis van de Drie-eenheid, van Jezus Christus als God Die mens werd, van de verzoening door Zijn bloed en de wedergeboorte door Zijn Geest.

Er zijn verder zaken die weliswaar heel wezenlijk zijn, maar toch niet essentieel tot zaligheid. We kunnen denken aan de visie dat de doop volgt na het doen van belijdenis of ook aan de kinderen van gelovigen mag worden bediend.

Een zaak zoals kerkregering is weer een niveau lager. Daaronder komen zaken van nog minder gewicht zoals het gebruik van Bijbelvertaling en ten slotte komen we bij puur cultureel bepaalde aspecten van het kerkelijk leven.

Ten slotte, het kan een zegen zijn als mensen de Schriften gezamenlijk gaan lezen. Het samen lezen van de Schrift kan echter ook verschillen aan het licht brengen. Als wij ons tot het Oude Testament beperken, zal een Jood de Schrift lezen zonder de Middelaar daarin te zien. Een ander komt niet verder dan bepaalde elementen van de boodschap daaruit ter harte nemen. Zalig zijn we als wij de Schrift verstaan zoals hij is bedoeld en geloven dat hij getuigt van de ene weg tot zaligheid door Jezus Christus en van gelijkvormigheid aan Hem. Wie zo de Schrift leert verstaan, beseft hoezeer zijn kennis ten dele is.

De auteur is docent Bijbelse theologie aan het Hersteld Hervormd Seminarie in Amsterdam.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer