Dat bepleitten voorzitter Maarten van Ooijen en bestuurslid Erik-Jan Hakvoort van CU-jongeren­organisatie PerspectieF vanmorgen in een opinieartikel in het ND.

Aanleiding voor hun pleidooi is de uitspraak van CU-Kamerlid Segers vorige week in een Kamerdebat dat er een raadgevend referendum moet komen als er bevoegdheden aan Brussel worden overgedragen.

De CU-jongeren zijn daar verbaasd over. Hun partij was namelijk altijd tegen raadgevende referenda. Het lijkt er volgens hen nu op dat „het uitgangspunt van de representatieve democratie overboord wordt gezet.”

Er zijn ook alternatieven, stellen ze, om sluipende machts­overdracht aan Brussel te stoppen. Zo heeft de SGP bijvoorbeeld een initiatiefwetsvoorstel ingediend voor een zwaardere besluitvormingsprocedure bij het goedkeuren van Europese verdragen.

Segers juicht een debat toe, liet hij vanmorgen weten. „Ik zal dan opnieuw duidelijk maken dat de representatieve democratie ons uitgangspunt is en blijft.”

Voor de overdracht van soevereiniteit aan Brussel hoeven nu „maar één keer 76 handen de lucht in te gaan”, schetst hij. „Dat is voor zoiets ingrijpends veel te laagdrempelig.” In die „bijzondere omstandigheid” kan een referendum volgens hem een „noodzakelijke extra drempel zijn.” Voor de alternatieven is (nog) geen meerderheid, stelt hij. „Dan moet je niet te snel ”njet” zeggen tegen de optie van een referendum.”