Dat beweerde advocaat Idriss van Straalen maandag tijdens het proces tegen de 11 verdachten van de examenfraude. Hij las een brief voor van de inspectie aan Renders. Door de betrokken leerlingen geen diploma te geven zou een duidelijk signaal moeten worden afgegeven. Renders wilde dat niet doen, omdat het weigeren van een diploma in juridische zin geen stand zou houden. Uiteindelijk kregen alle verdachten toch geen diploma.

De advocaat stelde dat het verzoek om geen diploma uit te reiken al een strafrechtelijke sanctie is. Het Openbaar Ministerie (OM) zou hieraan „actief hebben meegewerkt”. De advocaat noemt het een dubbele bestraffing, omdat er naast een sanctie ook een strafrechtelijke procedure aan de gang is. Het OM zou om die reden niet-ontvankelijk moeten worden verklaard, vinden verschillende advocaten.

De inspectie zou in de ogen van de advocaten tegen de wet hebben gehandeld. Er zou deze zomer - in mei kwam de examenfraude aan het licht - een overleg zijn geweest tussen het OM, de politie en de Onderwijsinspectie. Daarom verzochten verschillende advocaten om de aanwezigen tijdens het gesprek te mogen horen.

Volgens officier van justitie Dedy Woei-A-Tsoi betekent het intrekken van de examenresultaten niet dat de verdachten niet strafrechtelijk vervolgd kunnen worden. De beslissing om uiteindelijk geen diploma’s uit te reiken, werd niet ingegeven door het OM, maar kwam volgens de officier onder druk van de Onderwijsinspectie tot stand.