Leden van de Vereniging van Vrienden van het Catharijne­convent brachten jaren geleden een bezoek aan de oude begraafplaats aan de Veerweg in Beesd. Bij een vervallen graf ontdekten de mannen het ornament met beide apostelen –herkenbaar aan de sleutels en het zwaard–, met tussen hen in een kelk met een hostie.

Het totale ornament is ongeveer 70 centimeter hoog en 55 centimeter breed. Het grote kruis dat boven het ornament gestaan moet hebben, was afgebroken.

Volgens de verenigingsleden maakte het ornament deel uit van een monument voor een priester­graf. Wat daarvan nog restte, stond tussen een paar ingezakte graftombes van rond 1900.

De begraafplaats werd niet meer gebruikt, was destijds sterk in verval en het ornament wekte de indruk dat er niet meer naar werd omgekeken. Daarom maakten de bezoekers er een foto van, lieten die aan de directeur van het Catharijneconvent zien en namen contact op met de gemeente Geldermalsen, die de begraafplaats beheert.

Na overleg hebben mede­werkers van het museum het graf­ornament in 1990 opgehaald en in Utrecht in een depot geplaatst. Nadere gegevens over de ont­werper, de datering –waarschijnlijk rond de jaren 1890-1899– ontbreken.

Uit onderzoek kwam wel naar voren dat in het Zuid-Limburgse kerkdorp Breust, bij Eysden, een identiek monument staat tegen de buitenmuur van de plaatselijke rooms-katholieke kerk. Dit ornament is zwart-wit geverfd en ongeschonden.

Wegens herinrichting van de collectie heeft het Catharijneconvent het ornament onlangs teruggegeven aan de gemeente Geldermalsen. Het college van Geldermalsen vindt dat het monument thuishoort op de plek waar het vandaan komt, Beesd.

Geldermalsen heeft inmiddels contact opgenomen met het kerkbestuur van de rooms-katholieke kerk in Beesd voor de overdracht. Het bestuur reageerde hier positief op.

Volgens kenners is het ten dele verroeste ornament door een goede behandeling weer in goede staat terug te brengen. „Het blijft een bijzonder relikwie”, aldus 
voorlichter Co van Leeuwen van Geldermalsen.