De president van het Oost-Afrikaanse land is het eerste zittende staatshoofd dat moet terechtstaan voor een internationaal hof. Hij is aangeklaagd wegens zijn veronderstelde rol bij de geweldsuitbarsting na de verkiezingen in 2007. Toen kwamen meer dan 1000 Kenianen om het leven; honderdduizenden werden van huis en haard verdreven.

Het verzoek van Bensouda zorgde in december voor onrust onder Keniaanse mensenrechtenactivisten en westerse diplomaten. Gevreesd wordt dat van uitstel afstel komt als de Gambiaanse niet alsnog voldoende bewijs vindt. Dat betekent dat van de verdachten uit het kamp van de Kikuyu-stam waartoe Kenyatta behoort, niemand meer overblijft om te berechten. Van de toenmalige tegenstander, de Kalenjin-stam, staan sinds september al twee verdachten terecht, onder wie vicepresident William Ruto. Het kan de spanningen in Kenia weer doen oplopen als het ICC slechts één partij in het conflict vervolgt en de andere niet.

De voormalige tegenstanders Kenyatta en Ruto trokken bij de presidentsverkiezingen vorig jaar samen op met een campagne die sterk gericht was tegen het ICC. Het internationale hof in Den Haag zou zijn pijlen alleen maar op Afrikanen richten, zo klonk het. „Het Kenyatta-Ruto-bewind blijft alleen samen door het gemeenschappelijke ICC-probleem”, aldus een diplomate van een groot West-Europees land. Daar komt een eind aan als Ruto wel en Kenyatta niet wordt berecht. „Als het in de grootste economie van Oost-Afrika door binnenlandse spanningen misgaat, is dat niet goed voor de ontwikkelingen in Somalië.” Kenia is een belanrijke bondgenoot van het Westen in de strijd tegen islamitisch terrorisme in Somalië.