Aanpassing dagboek Mandela roept vragen op
Het dagboek van Nelson Mandela werd voor publicatie gecorrigeerd. Dat roept vragen op, stelt dr. Hans Ester.
In het Engelse tijdschrift The Spectator van donderdag heeft de Zuid-Afrikaan Rian Malan een boekje opengedaan over de veranderingen die de Amerikaan Richard Stengel in het dagboek van Nelson Mandela heeft aangebracht alvorens het in 1990 te publiceren.
De onlangs overleden Zuid-Afrikaanse politicus Nelson Mandela hield tijdens zijn gevangenschap op Robbeneiland voor de kust van Kaapstad in het geheim een dagboek bij. Dit in 1975 geschreven dagboek beleefde menig avontuur. Het werd begraven in de gevangenistuin, daarna in minuscuul klein schrift overgeschreven en door een medegevangene naar het vasteland gesmokkeld om vervolgens in een brandkast van de tegen de regering van de Nasionale Party vechtende ANC in Lusaka in Zambië te belanden.
Herzien
Uiteindelijk verkreeg de Amerikaanse uitgever Little Brown in 1990 de publicatierechten voor 3 miljoen dollar. Stengel schreef de aanvullende delen van de autobiografie: ”Long walk to freedom”.
Zoals nu bekend, bracht Stengel de bestaande tekst ook in overeenstemming met de wensen van zijn opdrachtgevers. Wie met die opdrachtgevers concreet zijn bedoeld, valt nog niet te zeggen. De gedachten gaan allereerst uit naar de leiding van het ANC in 1990.
De geautoriseerde uitgave van Mandela’s biografie door Anthony Sampson in 1999 maakte gebruik van een computerversie van de dagboektekst uit 1975. Ook hierin is het dagboek op essentiële punten herzien.
Malan was niet de ontdekker van de ingrepen die het dagboek had ondergaan. De Leidse hoogleraar Stephen Ellis had lang naar de oorspronkelijke tekst gezocht en die enkele dagen geleden uiteindelijk gevonden in het Nelson Mandela Centre of Memory in Johannesburg.
Marxisme
Behalve de Spectator meldde het Zuid-Afrikaanse internettijdschrift Politicsweb eerder deze week dat een vergelijking van het oorspronkelijke manuscript met de later gepubliceerde teksten verrassende verschillen opleverde. Mandela’s lidmaatschap van de Communistische Partij, zijn loyaliteit aan de Sovjet-Unie en zijn niet bepaald democratische opvattingen over het met geweld gepaard gaande hoe van de sociale revolutie in Zuid-Afrika zijn in ”Long walk to freedom” en in de autobiografie van 1999 geretoucheerd of in hun tegendeel veranderd.
Waarom hebben deze ingrepen plaatsgevonden? Mandela hoefde zich toch niet te schamen voor zijn toenmalige geloof in het marxistisch dialectisch materialisme? Rond 1975 was de geestdrift over het marxisme ook in Nederland geen zeldzaamheid. Waarom moest het imago van Mandela worden beschermd tegen de waarheid van zijn dagboek?
Emoties
Van belang is dat de eerste autobiografie in een tijd werd gepubliceerd waarin de Sovjet-Unie in elkaar was gestort. Met dat verleden, zo luidde de redenering vermoedelijk, kon de messiaanse Mandela niet vereenzelvigd worden. Dat zou afbreuk hebben gedaan aan zijn iconische status.
Of die iconische status nu alsnog een deuk krijgt, is niet uitgesloten. De reacties op het stuk in de Spectator laten zien dat de emoties dicht aan de oppervlakte liggen wanneer het de reputatie van Nelson Mandela betreft. In ieder geval vloeien uit deze affaire vragen voort waar het ANC en de Communistische Partij van Zuid-Afrika op zullen moeten antwoorden. De geschiedenis van het ANC in relatie tot de Zuid-Afrikaanse communisten is nog niet geschreven.
In verband met deze vraag is overigens ook het raadsel op te lossen van het stilzwijgend verdwijnen van de marxistische oriëntatie uit het politieke gedachtegoed van het ANC na 1994.
De auteur is als onderzoeker verbonden aan de Noordwes-Universiteit in Potchefstroom (Zuid-Afrika).