Naar schatting gaat het om zo’n 100.000 tot 200.000 zeugen en 200.000 tot 400.000 koeien per jaar die met hormonen worden behandeld. „Met deze hormonen wordt de productie in de veesector opgevoerd. Zo verlaagt men verder de kosten”, legt Wakker Dier uit.

„Controle op dit hormoongebruik ontbreekt grotendeels en de consument wordt hierover door zowel de overheid als de veesector actief voorgelogen. Hoewel groeihormonen in Europa zijn verboden, lijken andere hormonen bezig aan een opmars.”

Wakker Dier is niet tegen elk gebruik van hormonen; sommige hormonen worden gebruikt als geneesmiddel, bijvoorbeeld als ontstekingsremmer. De organisatie wil wel een verbod op het hormoongebruik om de productie per dier nog verder op te voeren. Daarnaast moet er volgens Wakker Dier openheid komen over het gebruik van hormonen in de veesector zodat er beter toezicht mogelijk is.

LTO Nederland liet in een reactie weten dat melkveehouders alleen in overleg met hun dierenarts vruchtbaarheidshormonen gebruiken. „Alleen dan wanneer blijkt dat koeien niet of moeilijk tochtig willen worden. Dat is dus geen structureel gebruik, maar om individuele koeien te helpen”, aldus de landbouworganisatie. LTO benadrukt dat vruchtbaarheidshormonen niet worden ingezet om de melkproductie van koeien te verhogen. „Suggesties dat met gebruik van hormonen de melkproductie per koe opgejaagd kan worden, zijn onzin.”