„Het is al te laat”, zegt Ger Warink. Hij heeft een muziekwinkel in Loppersum. Door aardbevingen vanwege de gaswinning in heeft zijn oude pand de achterliggende jaren voor tienduizenden euro’s schade opgelopen. Warink geeft een rondleiding en toont scheur na scheur in de muren. Minister Kamp van Economische Zaken nam poolshoogte bij hem.

Dat het kabinet nu besluit om minder gas te winnen in het gebied, noemt Warink „damagecontrol.”„Het leed is al geschied. Ik beschouw het als een zoethouder. Ze moeten iets laten zien. Ze hebben ons dom gehouden.”

Als scheuringen zich in het westen van het land hadden voorgedaan, was de bevolking daar veel eerder in opstand gekomen, denkt Warink. „Groningers zijn nuchter. Maar als ze dan eenmaal kwaad zijn, is het ook klaar.” Acties waarbij schade wordt toegebracht aan eigendommen van de Nederlandse Aardoliemaatschappij (NAM) keurt hij af.

De laatste grote beving die Warink meemaakte, dateert van medio 2012. „Je schrikt je helemaal het apezuur. Het gaat om seconden.” Hij beweegt zijn handen heen en weer. „Je ziet het huis heen en weer gaan.”

De tientallen bevingen die in het gaswinningsgebied plaatsvinden, houden Warink danig bezig. „Op een gegeven moment ga je erover dromen.”

In een schuur wijst hij op een stalen frame dat een muur moet stutten. „Die heb ik van eigen geld betaald.” De door de NAM vergoede schade houdt geen gelijke tred met de werkelijke schade, zegt Warink. „Ik schiet er altijd bij in.”

De NAM is de achterliggende jaren „ruimhartiger” geworden in het toekennen van schade, signaleert Warink.

Het bericht dat er geld komt voor compensatie van gedupeerden, maakt Warink niet meteen enthousiast. „Ik moet het eerst zien. Het zou ruimhartig zijn als mensen wier pand onherstelbaar beschadigd zijn, worden uitgekocht.”

Voor Warink staat het vast dat de autoriteiten het gas in het noorden van het land dankbaar incasseren. „Dit gebied wordt als een wingewest gezien.” Hij zou willen dat de autoriteiten meer actie ondernemen om de werkgelegenheid in de regio te bevorderen.

E. P. Schudde (67) reageert niet alleen maar enthousiast op het nieuws dat het kabinet de gas­winning wil terugschroeven. „Dat besluit wordt dan twintig jaar te laat genomen”, vertelt hij, gezeten achter een laptop.

Ook hij laat menige scheur zien. „Typisch een aardbevingsscheur”, wijst hij naar een scheur boven het aanrecht. Zijn vrouw vertelt met handgebaren hoe bij een beving de muren heen en weer gingen. Schudde stelt dat hij voor 6000 euro aardbevingsschade heeft. „Denk aan voegen die openspringen en aan scheuren in de muren.” Er is de onzekerheid. „Er loopt een scheur horizontaal door de schoorsteen. Komt bij een volgende beving de schoorsteen naar beneden zeilen?”

Schudde denkt dat de autoriteiten onder „druk” besluiten om minder gas te gaan winnen. „Er leeft agressie onder de bevolking.” Bij Schudde leeft enige nijd ten opzichte van de autoriteiten die voor miljarden uit de noordelijke bodem halen. „Dit gebied komt ten faveure van Hollanders die voor miljarden een hsl aanleggen en te dom zijn om er een trein op te laten rijden.”

Dat er geld wordt vrijgemaakt voor gedupeerden van de aard­bevingen door gaswinning, noemt Schudde „een goede en volstrekt logische zaak.”

De inwoner van Loppersum zou willen dat de overheid meer investeert in de economie in Groningen. „De autoriteiten investeren in bijvoorbeeld infastructuur rond Den Bosch. Hier zouden ze ook meer moeten investeren.”

Hij baalt ervan dat de Delfzijlse aluminiumsmelter Aldel failliet is. „De minister zou zo’n bedrijf moeten redden. Er moet hier meer werkgelegenheid komen. Er is in deze regio sprake van leegloop. Jonge gezinnen gaan weg.”