Prosensa en GSK werkten sinds 2009 samen aan de ontwikkeling van een medicijn tegen de ziekte van Duchenne, een aangeboren en erfelijke spierziekte. In september vorig jaar bleek evenwel dat het tot dan toe meest veelbelovende middel, drisapersen, niet goed werkt.

Prosensa, dat sinds vorig jaar een beursnotering heeft aan de Nasdaq in New York, behoudt na beëindiging van de samenwerking met GSK alle rechten op drisapersen en alle overige ontwikkelingsprogramma’s op het gebied van Duchenne. Er zijn nog vijf kandidaat-medicijnen waarvan er momenteel drie op patiënten worden getest.

Topman Hans Schikan van Prosensa prees GSK als „een waardevolle ontwikkelingspartner”. Het gezamenlijke onderzoek naar Duchenne heeft volgens de bestuurder veel nieuwe inzichten verschaft in het verloop van de dodelijke ziekte, die vooral jongens treft.

Volgens Schikan gaat Prosensa door met het onderzoek naar Duchenne. „We zullen onverminderd blijven samenwerken met patiëntenorganisaties, onderzoekers, academische centra en registratie-autoriteiten om er zeker van te zijn dat we al het mogelijke doen om voor jongens met Duchenne een medicijn beschikbaar te krijgen”, zei hij.