Christenvervolging

Bang voor de buren in Noord-Korea en Somalië

De nummers 1 en 2 op de Ranglijst Christenvervolging 2014 die Open Doors deze week bekendmaakte, zijn Noord-Korea en Somalië. In beide landen laat het regime geen enkele ruimte voor het christelijke geloof. Christenen kunnen niemand vertrouwen.

Redactie kerk
11 January 2014 12:08Gewijzigd op 15 November 2020 08:08
Noord-Korea is koploper op de Ranglijst Christenvervolging van Open Doors. Wanneer in gezinnen het Evangelie klinkt, beseffen ouders dat ze hun kinderen in doodsgevaar brengen. Beeld RD, Henk Visscher
Noord-Korea is koploper op de Ranglijst Christenvervolging van Open Doors. Wanneer in gezinnen het Evangelie klinkt, beseffen ouders dat ze hun kinderen in doodsgevaar brengen. Beeld RD, Henk Visscher

Onderaan dit artikel vindt u de gehele Ranglijst Christenvervolging.


Somalië volgt Noord-Korea op de voet op de lijst. Het Afrikaanse land dankt zijn hoge notering aan de invloed van al-Shabaab. Deze islamitische terreurbeweging dwingt strikte naleving van de islamitische shariawetgeving af. Juist nu na jaren van oorlog en hongersnood de rust weerkeert in het land en al-Shabaabrebellen zich mengen met de ‘gewone’ bevolking, lopen christenen een groot risico. De kans dat de rebellen christelijke activiteiten ontdekken, is groot.

De voortdurende angst om ontdekt te worden als christen en continu voor iedereen in de omgeving op je hoede te moeten zijn is een vorm van vervolging die minder de aandacht van het grote publiek trekt, maar die in de ervaring van veel christenen zwaarder op hen drukt dan het geweld. Moslims die zich bekeerden tot het christendom vinden bij ontdekking steeds vaker ter plekke de dood.

Sommige christenen keren onder deze druk terug tot de islam. Dat maakt het risico op ontdekking voor anderen nog groter. Een onderzoeker van Open Doors geeft aan dat er regelmatig gewone burgers betrokken zijn bij de moord op gelovigen. „Gelovigen worden door hun buren aan al-Shabaab overgedragen.”

De angst om te worden verraden door iemand uit de nabije omgeving regeert ook in Noord-Korea. In dit land, dat voor de twaalfde keer boven aan de lijst staat, kan niemand openlijk zijn christelijk geloof belijden. Buren, dorpelingen; iedereen kan aan de autoriteiten doorgeven dat christenen bij elkaar komen, een Bijbel bezitten of het Evangelie uitleggen aan hun kinderen.

Het communistische regime in Noord-Korea tolereert geen enkele godsdienst omdat het aanhangen hiervan de voorgeschreven Juche-ideologie zou aantasten. De leiders van het volk worden als goden vereerd en er is geen ruimte voor andere goden. Een zeventigjarige vluchteling die nu in Zuid-Korea woont, beschrijft hoe zij als student werd geïndoctrineerd: „We hoorden dat christenen geheime kelders hadden onder ziekenhuizen, waar ze het bloed afnamen van ontvoerde mensen en kinderen, om dat te verhandelen. Verhalen als deze schilderen christenen af als gevaarlijke en slechte mensen.”

De kerk in Noord-Korea bestaat daarom alleen ondergronds en telt zo’n 200.000 tot 400.000 gelovigen. Tussen de 50.000 en de de 70.000 christenen zitten vast in concentratiekampen en gevangenissen. Een contactpersoon van Open Doors vertelt dat christenen ondanks de omstandigheden vasthouden aan hun geloof. „Al hebben ook zij weinig voedsel, ze zetten 10 procent van hun rijst weg en delen dat met de armen. Ze vertellen Bijbelverhalen aan hun kinderen, maar zonder woorden zoals God en Jezus te gebruiken. Dat gebeurt pas als de jongeren tussen de tien en de vijftien jaar oud zijn. Ouders beseffen goed dat ze hun kinderen daarmee in doodsgevaar brengen.”


Ranglijst hangt in kamer ds. Buijs

Als aan het begin van het nieuwe jaar de Ranglijst Christenvervolging van Open Doors verschijnt, betekent dat voor ds. P. D. J. Buijs uit Ede dat hij de landkaart die aan de muur van zijn studeerkamer hangt, moet vervangen.

Hoewel hij er niet elke dag op kijkt, werpt hij toch geregeld een blik op de landen waar de christenvervolging het ergst is. „Ik merk dat het goed is om mezelf daarin scherp te houden. Daarnaast herinnert de ranglijst mij eraan voor vervolgde christenen te bidden.”

De christelijke gereformeerde predikant bidt zowel in huiselijke kring als –„vrijwel elke zondag”– in de kerk voor verdrukte christenen. „Het is belangrijk om ons te realiseren dat we vrijheid hebben om samen te komen. Voor veel christenen in de wereld is dat anders.”

Hij probeert daarbij, als er aanleiding voor is, ook enkele landen bij hun naam te noemen. „Dan wordt het wat concreter.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer