God is overal
Jeremia 23:24b
„Vervul Ik niet de hemel en de aarde? spreekt de Heere.”
Kunnen de hemel en de aarde, die Gij gemaakt hebt en waarin Gij mij gemaakt hebt, U bevatten? Of kan daarom al wat is U bevatten, omdat zonder U niet zijn zou wat is? En daar nu ook ik ben, waartoe vraag ik dan dat Gij komt in mij, die niet zijn zou wanneer Gij niet in mij waart? Want ik ben toch niet de hel, en toch bent Gij ook daar. Want bedde ik mij in de hel, U bent daar (Psalm 139:8).
Ik zou dus niet zijn, mijn God, ik zou geheel niet zijn wanneer Gij niet in mij waart. Of is het zo dat ik niet zijn zou indien ik niet was in U, uit Wie alles is, door Wie alles is en in Wie alles is? Ja, ook zo is het, Heere; ook zo.
Waarheen roep ik U dan, daar ik in U ben? Of vanwaar zou U komen in mij? Want waar zou ik gaan buiten hemel en aarde, dat vandaar in mij zou komen mijn God, Die gezegd heeft: „Ik vervul hemel en aarde” (Jeremia 23:24)?
Aurelius Augustinus, bisschop te Hippo (”Belijdenissen”, 398)