Volgens toxicologen die hiernaar onderzoek hebben gedaan, kan tijdelijke blootstelling aan kleine hoeveelheden van de stof M431 geen schade aan de gezondheid opleveren.

Dat hebben DSM, de Waterleidingmaatschappij Limburg (WML) en het Zuiveringschap Limburg dinsdag laten weten. WML ontdekte de stof op 8 augustus, toen de waterstand in de Maas laag was als gevolg van de hete zomer. Daardoor was de concentratie van M431 hoger dan normaal.

De samengestelde organische stof komt vrij bij de productie van fenylglycine (een grondstof voor penicilline). WML heeft twee maanden lang de winning van water uit de Maas stopgezet om er zeker van te zijn dat er geen M431 in het drinkwater zou terechtkomen.

DSM wijzigde in september het productieproces van fenylglycine, waardoor er een stuk minder M431 in het Maaswater terechtkomt. Het afvalproduct wordt nu verbrand.

WML benadrukte dinsdag dat er door filtering geen M431 in het drinkwater is terechtgekomen. Er kwam slechts 1 microgram per liter in het Maaswater en in het waterbekken voor. DSM heeft volgens het zuiveringschap de normen van vergunning om te lozen niet overschreden.

Om die reden hoeft het chemieconcern geen schadevergoeding te betalen aan WML. De waterleidingmaatschappij had extra kosten gemaakt, omdat er twee maanden lang grondwater (waarover belasting moet worden betaald) werd gebruikt voor drinkwater. De partijen onderhandelen nog over een financieel compromis.