Die vijver staat bij de Rijssenaren bekend als de Munsterkolk. De Deventer kunstenaars Albert Dedden en Paul Keizer leggen momenteel de laatste hand aan het monument, dat vrijdag 7 februari wordt onthuld.

Het gedenkteken is een regelrecht uitvloeisel van het opstellen van de geschiedkundige canons door de historische verenigingen in de Overijsselse kernen. Samen met de Zwolse IJsselacademie en het Deventer Kunstenlab zijn er monumenten bedacht voor vijftien plaatsen in de provincie. Ze verwijzen naar vergeten historische gebeurtenissen in de kernen.

In de Canon van de Rijssense geschiedenis beschreef oud-onderwijzer Chr. Konings het nooit helemaal bewezen verhaal over de woede van de Rijssense bevolking in 1672. Die richtte zich tegen de plunderende Munsterse bisschop Bernard van Galen. Deze machtsbeluste Duitse bisschop staat ook wel bekend als Bommen Berend. In Rijssen draagt hij de bijnaam Bearndke de Koodeef.

Een soldaat van Bernard van Galen werd door getergde Rijssenaren in de kolk op de hoek Boomkamp-Huttenwal gegooid, waarbij hij jammerlijk verdronk.

De kunstenaars Dedden en Keizer besloten de Rijssense volkswoede aan de vergetelheid te ontrukken door een manshoge, lege helm te maken die verwijst naar de verdronken soldaat. De grote, gedetailleerd uitgebeelde mopshond treurt om zijn baas. Om de nek van de bronzen hond hangt een miniatuurkanon dat herinnert aan de gewelddadige Munsterse kerkvorst. „Het verhaal van de verdronken soldaat is eigenlijk een onbestaanbaar sprookje. Dat brengen wij op deze manier weer tot leven”, aldus Dedden.

De kunstenaars kozen voor een mopshond omdat uit onderzoek bleek dat dit ras in de zeventiende eeuw bijzonder populair was. „Net als tegenwoordig”, zegt Keizer lachend.

Andere monumenten verrijzen onder andere in Beulakerwijde, Ommen, Hardenberg, Olst, Delden/Diepenheim, Heino, Nijverdal, Zwolle, Oldenzaal, Vriezenveen, Bathmen en Lemelerveld.