„Mensenrechten stiefkind financiële wereld”
DEN HAAG (ANP). Grote Nederlandse financiële instellingen hebben in hun beleid rond investeringen in delfstofwinnende bedrijven te weinig oog voor het voorkomen van mensenrechtenschendingen. Dat concludeert de Eerlijke Bankwijzer, een initiatief van onder meer Oxfam Novib, FNV, Amnesty International en de Dierenbescherming, in een dinsdag verschenen onderzoek.
Volgens de organisaties zijn veel mijnbouwbedrijven en olie- en gasproducenten betrokken bij ernstige schendingen van de mensenrechten van de lokale bevolking, waaronder schendingen van het recht op informatie en het recht op gezondheid. Banken en verzekeraars investeren miljarden in deze bedrijven.
De Bankwijzer maakte onderscheid in bankinvesteringen, verzekeringsbeleggingen en vermogensbeheer. ABN Amro scoort volgens de Bankwijzer „zeer slecht” op het gebied van vermogensbeheer. ING krijgt hier „ruim onvoldoende”. Rabobank krijgt op het vlak van bankinvesteringen een 3. ABN en ING scoren bij deze investeringstak beter met respectievelijk een 6 en een 7. Pensioenuitvoerder APG kreeg een „ruim onvoldoende” voor zijn verzekeringsbeleggingen.
Tegenover deze magere cijfers staan „goede tot uitstekende beoordelingen” voor ASN, Triodos, Van Lanschot en SNS Reaal. „Ook de verzekeraars Achmea, Aegon en ASR laten met (ruime) voldoendes zien dat zij hun verantwoordelijkheid om mensenrechten te respecteren, actief uitdragen”, aldus de belangenbehartiger.
Volgens de Bankwijzer laat driekwart van de financiële instellingen het bij het stimuleren van mijnbouw- en olie- en gasbedrijven om een goed mensenrechtenbeleid in te voeren. „Herstel en genoegdoening voor slachtoffers van mensenrechtenschendingen krijgen veel te weinig aandacht. Daarnaast valt op dat slechts minder dan een kwart van de financiële instellingen de investeringen beëindigt als met het bedrijf geen afspraken te maken zijn of als het bedrijf zich niet aan de afspraken houdt”, aldus de Eerlijke Bankwijzer.