De Geus herinnerde zaterdag in een interview met het Algemeen Dagblad aan de doelstelling van het kabinet om te komen tot minder regels. Hij noemde de Arbeidstijdenwet in haar huidige vorm betuttelend, vooral waar het gaat om „allerlei regeltjes voor werktijden en pauzes.” Volgens de bewindsman is het „genoeg om vast te leggen dat er een wekelijkse rustdag is, in principe op zondag, en een bepaalde rusttijd per etmaal.”

Voor de rest moet het wat De Geus betreft maar „op de werkvloer” worden geregeld, bijvoorbeeld in CAO’s. Hij wil ook tornen aan de betaling voor overwerk, een fenomeen waar de huidige wet nog forse beperkingen bij stelt. Hij ziet meer in een winstdeling. „Als werknemers zien dat ze met hun bedrijf betere resultaten kunnen maken, hebben zij er ook iets aan. Overuren hoeven dan niet extra duur te zijn.”

De vakbonden en de linkse oppositie reageren afwijzend op het voorstel. CNV-voorzitter Terpstra erkent dat de wet betuttelende elementen heeft. „Maar dat is geen reden een loopje te nemen met de onderdelen ervan die de werknemer rechtsbescherming geven. Die mogen niet op de helling. De Geus doet een frontale aanval op de wet.”

De CNV-voorzitter zegt het meer dan zat te zijn dat De Geus en anderen voortdurend de pijlen richten op de werknemers. „Meer liberalisering, ze moeten flexibeler zijn, de productiviteit moet hoger, de lonen lager. Alles moet van hen komen. Mag er iets overblijven als bescherming tegen ongezonde situaties of arbeidsongeschiktheid?”

Volgens de FNV is het voorstel van De Geus er alleen maar op gericht de positie van de werkgevers te versterken. Volgens FNV-bestuurster Jongerius wil de minister „afzakken naar de minimale Europese normen.” Zij vreest dat zonder goede wetgeving bijvoorbeeld veiligheid in het gedrang kan komen door oververmoeide werknemers.

In de Tweede Kamer kan De Geus, die daar de komende dagen zijn begroting verdedigt, rekenen op CDA, VVD en D66. Volgens hen kunnen de sociale partners best zelf arbeidstijdenafspraken maken. Tegenstand kan hij verwachten van PvdA, GroenLinks en SP. PvdA-kamerlid Bussemaker vreest dat het „flexibeler en gemakkelijker” wordt voor werkgevers, terwijl de overheid volgens haar juist zou moeten denken aan „de zekerheid van werknemers.”