„Gewetensvorming bij jongeren broodnodig”
Meer aandacht voor bijbels genormeerde gewetensvorming bij jongeren is „broodnodig.” De jeugd heeft „dringend en schreeuwend” behoefte aan duidelijke woorden en voorbeelden. Dat zei ds. G. J. van Aalst, predikant van de gereformeerde gemeente in Klaaswaal, vrijdag tijdens een door het Reformatorisch Dagblad georganiseerd congres over jongeren en media.
Verdeelde meningen waren er over de vraag of ouders hun kinderen moeten opvoeden door middel van begeleide confrontatie met moderne media. A. de Muynck, lector aan het Driestar College, ziet daar wel wat in. „Als je dochter van vijftien jaar bij je komt met de vraag of ze een bepaalde film mag zien, zou je moeten weten hoe je dat met haar bespreekt.” Er zou bijvoorbeeld een website moeten komen waarop dvd’s en films kritisch worden besproken.
Ds. Van Aalst heeft grote bedenkingen bij begeleide confrontatie. Hij bepleit zo veel mogelijk afstand bewaren tot de moderne media. De predikant hekelt de „videocultus” op kinderfeestjes. „Er zijn genoeg boekjes waarin binnen- en buitenspelletjes staan beschreven.” Een docent wees erop dat ouders radicaal, maar ook in liefde nee moeten durven zeggen tegen hun kinderen. Dan is niet eens per se nodig om een pop-cd met een kind te gaan beluisteren en daarover te gaan discussiëren. „Je kunt aan de verpakking al zien dat iets niet deugt. We weten immers ook dat 160 rijden op de snelweg verkeerd is. Dan hoef je iemand niet te leren om verantwoord 160 te rijden.”
Van het grootste belang is dat ouders zelf godsvreze uitstralen, hield ds. Van Aalst de ruim 400 ambtsdragers, docenten en opvoeders in het Amersfoortse Van Lodensteincollege voor. In navolging van Kohlbrugge vergeleek de predikant ouders met de „twee handen van God.” „Onze benadering van jongeren verraadt hoe het met ons gesteld is. Dat luistert nauw. In het contact met jongeren wordt meer gezegd zonder dan met woorden. Wat is in deze materialistische tijd voor ons als opvoeders van levensbelang? Geld, goed, carrière, een goede naam? Of schijnt het licht van de eeuwigheid over ons leven? Jongeren zien die dingen scherp.”
Ouders moeten „de kracht van het beslag van Gods Woord” uitstralen, zei de predikant uit Klaaswaal. „Dat houdt in dat ouders er zeker tussen vijf en zeven voor hun kinderen moeten zijn. Dat betekent ook distantie ten opzichte van moderne media. Dat heeft niets te maken met dopers of farizeïstisch denken.”
Kerk, school en gezin dienen ernst te maken met de uitleg van de Tien Geboden, betoogde ds. Van Aalst. Hij brak een lans voor onderwijs vanuit de Heidelberger Catechismus en de Westminster Confessie. „Onderwijs in de Tien Geboden is toch geen kwestie van regeltjes opleggen? Het heeft alles te maken met: Ik ben Jehova, die u uitgeleid heb uit Egypte.”
Ds. Van Aalst, voorheen werkzaam in het onderwijs, bepleitte „positieve” aandacht voor de doopbelofte. „Op een reformatorische school werden 400 leerlingen gevraagd hoe ze over de doop dachten. De meesten reageerden negatief. Enkele tientallen positief. Zijn we positief genoeg over de afzondering in de bediening van het genadeverbond? Prijzen we de verbondstrouw in Christus vrijmoedig aan?” Ook moet jongeren gezegd worden dat de mens „onbekwaam tot enig goed is”, dat de „duivel rondgaat als een briesende leeuw” en dat „bekering te maken heeft met een hartelijke haat tegen elke zonde”, aldus ds. Van Aalst.
De Muynck benadrukte het belang van „rust en stilte” in gezinnen. „Om controle te hebben over de computer, hebben we de pc in de huiskamer gehaald. Dat is niet zo slim geweest. Ik heb er moeite mee dat dat ding in onze huiskamer voortdurend staat te draaien. Staat de techniek centraal of willen we als gezin een werkelijke, christelijke gemeenschap vormen?” De eettafel zou de centrale plek moeten zijn, betoogde De Muynck. „Laten we het binnen het gezin met elkaar gezellig maken en genieten van de maaltijd.” Hij bepleitte een „krachtige en positieve” aanwezigheid van de Heilige Schrift. „Leer kinderen op jonge leeftijd aan bijbelstudie te doen.”
Cruciaal is ook dat ouders hun kinderen tijdig voorlichten op het terrein van seksualiteit, aldus De Muynck. „Pas kregen we thuis het jongerenblad BreakOut! door de bus gestopt. Eigenlijk ging het daar alleen maar om seks. Daarom is bijbelse voorlichting zo nodig. Ouders moeten hun kinderen voor het tiende jaar de feiten vertellen. We moeten hen voorhouden dat liefde niet alleen de fixatie op het lichaam is. Maar we mogen ook vertellen over huwelijkstrouw en het positieve dat de Heere in seksualiteit heeft gelegd.”
Tijdens de discussie met de zaal kreeg De Muynck allerwegen bijval voor zijn pleidooi voor openheid in seksuele voorlichting, door discussieleider RD-journalist Evert van Dijkhuizen „een taboe in de gereformeerde gezindte” genoemd.
Opvoeders zouden hun kinderen belangstelling voor „de hoge cultuur” moeten bijbrengen. De Muynck erkende dat dat „niet eenvoudig” is. „Uit onderzoek blijkt dat slechts 2 procent van de jongeren geïnteresseerd is in klassieke muziek. Het is eigenlijk logisch dat ze popmuziek beluisteren. Het appelleert aan de gevoelens van de lagere cultuur.”
RD-wetenschapsredacteur S. M. de Bruijn wees erop dat jongeren zeker geestelijke wapenrustig nodig hebben, maar dat allereerst bekering moet plaatsvinden. John Bunyan citerend: „De Oorpoort moet opengebroken worden door de stormrammen van Prins Immanuël.” Ds. Van Aalst hield de zaal voor dat God „van kind tot kind” doorgaat met zijn heilswerk. „Laten we niet te somber zijn over onze jongeren.”
