Hij noemde de ontvoering van de rugzaktoeristen „een van de beste politieke operaties van de afgelopen jaren.” Martinez gewaagde van de vrijlating van de vijf gijzelaars in een gesprek met het persbureau Reuters, dat maandag plaatsvond, kort na de vrijlating van een Duitse en een Spaanse gijzelaar. Het persbureau kwam pas vrijdag met het verhaal naar buiten. Eerdere publicatie was niet mogelijk wegens de afgelegen plek waar het interview plaatsvond.

Op 12 september ontvoerden de rebellen dertien personen, maar al snel werden vijf man met slecht schoeisel vrijgelaten, onder wie de Nederlander Mathijs Grote Beverberg. Een van de resterende acht gijzelaars, een 19-jarige Brit, wist twaalf dagen na de ontvoering te ontsnappen.

Het marxistische ELN houdt nog vier Israëliërs en een Brit vast. Maandag liet het ELN een Duitse en een Spaanse gijzelaar gaan nadat zijn belangrijkste eis, een onafhankelijk onderzoek naar schending van de mensenrechten door rechtse paramilitairen in de regio, was ingewilligd. Een commissie met kerkelijke vertegenwoordigers en functionarissen van de Verenigde Naties is daar inmiddels mee begonnen.

Het ELN is in grootte de tweede opstandelingenbeweging van het land. De ongeveer 5000 linkse rebellen leveren al meer dan veertig jaar strijd met de Colombiaanse staat. Zij ontvoeren jaarlijks honderden mensen voor losgeld en als middel om druk te zetten op de regering in Bogota. Ongeveer 2000 militairen, ondersteund door helikopters, zijn op zoek naar de buitenlanders.