De Nederlandse Staat schoot in januari 2009 ING te hulp door 80 procent van het risico op het pakket Amerikaanse hypotheekobligaties, de zogenoemde Alt-A-portefeuille, over te nemen. De obligaties waren door de diepe crisis op de Amerikaanse woningmarkt nauwelijks meer verhandelbaar en vormden voor ING een blok aan het been. Nu de Amerikaanse woningmarkt herstelt, zijn de garanties niet meer nodig en kan de portefeuille verkocht worden.

Daarover sloten minister Jeroen Dijsselbloem (Financiën) en ING in november een akkoord. Met de verkoop is de Staat inmiddels begonnen via een eerste biedingsronde.

De Staat krijgt van ING eenmalig 395 miljoen euro, omdat het door de vervroegde verkoop inkomsten misloopt en hierdoor een iets hoger begrotingstekort heeft. Brussel, dat zich over de kwestie moest buigen omdat het gaat om een staatssteunzaak, stemt nu in met deze aanpassing. De commissie ziet de aanpassing niet als aanvullende staatssteun.