Minister ontkent bemoeienis onderzoek Ballast
DEN HAAG (ANP). Minister Frans Timmermans van Buitenlandse Zaken ontkent dat hij of zijn ministerie betrokken is geweest bij een onderzoek naar steekpenningen die door Ballast Nedam zouden zijn betaald in Saudi-Arabië. De Telegraaf berichtte daar maandag over.
Op Facebook zegt Timmermans dat Buitenlandse Zaken „op geen enkele manier” betrokken is geweest bij het onderzoek, „laat staan dat wij iets tegen zouden houden”. Hij roept De Telegraaf op het ‘misverstand’ recht te zetten.
Het functioneel parket van het Openbaar Ministerie reageerde via Twitter op het krantenbericht: „Het ministerie van Buitenlandse Zaken bemoeide zich niet met het strafrechtelijk onderzoek naar de smeergeldaffaire van Ballast Nedam in Saudi-Arabië. De berichtgeving daarover is onjuist.”
De oppositiepartijen SP en CDA willen desalniettemin opheldering van Timmermans. „Als dit klopt, is het raar dat de minister er niks van weet”, zegt Harry van Bommel (SP). Hij zou het „uitermate kwalijk” vinden als Buitenlandse Zaken inderdaad het onderzoek dwarsboomt.
Kernvraag voor Omtzigt is of iemand binnen het ministerie zich heeft bemoeid met de Nederlandse rechtsgang. Hij wijst erop dat Nederland in het kader van de mensenrechten en de rechtsstaat altijd andere landen vraagt corruptie te bestrijden.
Ook Van Bommel stelt dat Nederland altijd de eerste is om met de vinger te wijzen naar landen met een slechte staat van dienst op het gebied van de mensenrechten. „Maar bij Saudi-Arabië laten we heel veel passeren. Dit lijkt nog een tandje verder te gaan dan de koopman voorrang geven boven de dominee. Als dit waar is, is er gewoon sprake van criminele feiten.”
SP en CDA willen Timmermans dinsdag in het vragenuurtje aan de tand voelen, maar de minister is dan bij de herdenkingsdienst voor Nelson Mandela in Zuid-Afrika. Een andere minister zal hem vervangen als de vragen van Van Bommel worden toegelaten tot het vragenuur.
Ballast Nedam trof vorig jaar december een schikking met het Openbaar Ministerie (OM) in verband met omkopingspraktijken van 1996 tot en met 2003. De dochtervennootschappen van het bouwbedrijf waar de malversaties hebben plaatsgevonden, betaalden een schikking van 5 miljoen euro. In het persbericht van 21 december 2011 liet het OM weten dat „het onderzoek naar derden” in deze zaak werd voortgezet. „Dat onderzoek loopt nog steeds”, zei een woordvoerster van het functioneel parket.
