Rutte: Geen excuses aan De Roy van Zuydewijn
DEN HAAG. Het kabinet denkt er niet aan excuses aan te bieden aan Edwin de Roy van Zuydewijn, de voormalige echtgenoot van prinses Margarita de Bourbon de Parme.
Sommige fracties in de Tweede Kamer, en ook Van Zuydewijn zelf, hadden om deze excuses gevraagd. Maar hiervoor bestaat geen enkele aanleiding, zei premier Rutte gisteren in de Tweede Kamer. Er is geen sprake van dat De Roy van Zuydewijn in de jaren vóór hij met Margarita trouwde (het huwelijk duurde van 2001 tot 2006) door de Dienst Koninklijke en Diplomatieke Beveiliging (DKDB) op ongeoorloofde wijze zou zijn gevolgd of bespioneerd, zoals hijzelf stelt. Volgens Rutte heeft de DKDB destijds alleen „naslag” gedaan. Dat duurde slechts twee dagen. Er werd geïnformeerd bij onder meer de Kamer van Koophandel, de Belastingdienst en de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD).
Naar alle toekomstige eega’s van de Oranjes wordt „sowieso” enig onderzoek gedaan, aldus Rutte. De minister van Justitie hoefde hiervan niet op de hoogte te worden gesteld.
Over de rol van prins Bernhard zei Rutte dat een persoon die beveiligd wordt, zijn beveiligers geen opdracht kan geven voor onderzoek naar een mogelijke bedreiging. Volgens De Roy van Zuydewijn, die het debat vanaf de publieke tribune volgde, zijn andere huwelijkskandidaten van de Oranjes echter niet onderzocht. Na het debat zei hij dat de premier zich er „met een jantje-van-leiden” van heeft afgemaakt en over de rol van prins Bernhard uitspraken heeft gedaan die „aantoonbaar onjuist” zijn. „De vraag is: kun je een verzoek van een prins weigeren?” stelde zijn advocaat, Mark Meijer.