Grillige Abasjidze niet onderschatten
Eigenlijk kon Aslan Abasjidze, de autoritaire leider van de vrijgevochten Georgische regio Adzjarië, ook al niet opschieten met Eduard Sjevardnadze. Maar toen de president begin november door oppositieleider en Abasjidzes absolute aartsvijand Michail Saakasjvili onder druk werd gezet om af te treden, was de keuze snel gemaakt. Nu Sjevardnadze weg is, moet voor de Georgische oppositie nog maar blijken wat diens val waard is zonder de val van Abasjidze.
Aslan Abasjidze, officieel de voorzitter van de Opperste Raad van Adzjarië, officieus de dictator van dit landsdeel in Zuidwest-Georgië, liet het woensdag al doorschemeren: als Michail Saakasjvili de presidentsverkiezingen van 4 januari wint, accepteert hij geen bevelen uit Tbilisi meer. „Mensen die aan de macht komen door geweld te gebruiken, hebben het recht niet om mij bevelen te geven”, zei hij tijdens een bezoek aan Moskou.
Abasjidzes partij Opleving schaarde zich meteen na de parlementsverkiezingen van 2 november achter president Sjevardnadze. Hij verwerd tot een van de felste critici van de demonstraties tegen de zittende president. Daarnaast liet hij de belaagde Sjevardnadze naar de Adzjarische hoofdstad Batoemi komen, waar de president een warm onthaal van duizenden aanhangers kreeg.
Het steunen van Sjevardnadze was een plotselinge ommezwaai van Abasjidze waarvan het motief nog steeds niet helemaal is opgehelderd. Ook onder Sjevardnadze hield de Adzjarische leider zich immers jarenlang doof voor bevelen uit Tbilisi en nu was hij ineens de felste bondgenoot van de president.
Toen de leider van Adzjarië in naam van de onder vuur liggende president voor overleg naar de hoofdsteden van Armenië, Azerbeidzjan en Rusland vloog, deed wel een reeks geruchten over zijn politieke gedaanteverwisseling de kop op. Sjevardnadze zou Abasjidze als zijn opvolger hebben aangewezen in ruil voor diens steun.
Wat de echte reden ook geweest is, doet er na de val van Sjevardnadze niet meer toe. Wat er wel toe doet is dat Adzjarië, dat Batoemi als de belangrijkste Georgische haven, een van de voornaamste grensovergangen naar Turkije en een Russische legerbasis op zijn grondgebied heeft, met de recalcitrante Abasjidze aan het roer een grote domper kan worden op de aanvankelijke feestvreugde van de oppositie. Dat werd duidelijk toen hij meteen na de val van de president zondag de noodtoestand in Adzjarië uitriep en de grenzen met de rest van Georgië extra streng liet bewaken.
Analisten vrezen dat Abasjidze dezelfde stap zal ondernemen als de Georgische regio’s Abchazië en Zuid-Ossetië door Adzjarië formeel onafhankelijk te verklaren als het nieuwe bewind in Tbilisi hem niet zint. Mocht Adzjarië zich afscheiden van Georgië, dan zou dat niet alleen het hele land in een burgeroorlog kunnen storten, het zou ook Rusland bij het conflict kunnen betrekken. Abasjidze wees er onlangs op dat van de Russische militairen die op de legerbasis in Batoemi gelegerd zijn, 70 procent permanent in Adzjarië woont.
Ook als het niet tot een oorlog komt, zal het afscheiden van Adzjarië nadelige effecten hebben voor Georgië. Zo zou het buitenlandse investeerders kunnen wegjagen. De Russische krant Nezavisimaja Gazeta meldde deze week dat de haven van Batoemi gebruikt wordt als losplaats voor het materiaal waarvan een internationale oliepijpleiding door Georgië wordt gebouwd. De olie is bedoeld voor het Westen, dat op zoek is naar een stabiele factor buiten het Midden-Oosten en Rusland. Daarmee wordt de aanleg van de pijpleiding en dus de territoriale integriteit van Georgië van groot strategisch belang.