Chronologie kunstroof
BOEKAREST (ANP). De rechtbank in Boekarest veroordeelde dinsdag de eerste twee van de zes verdachten van de roof uit de Rotterdamse Kunsthal. Een overzicht:
16 oktober 2012: Vroeg in de ochtend worden zeven schilderijen gestolen uit de Kunsthal. Het zijn werken van onder anderen Picasso en Matisse uit de vermaarde Triton Collectie, die miljoenen waard zijn.
22 januari 2013: Drie verdachte Roemenen worden opgepakt. De schilderijen zijn nog niet terecht.
30 januari: Een van de hoofdverdachten, Radu Dogaru, bekent aan de leugendetector dat hij heeft geprobeerd de schilderijen te verkopen in Roemenië.
29 mei: Resten van een verbrand kunstwerk worden gevonden bij het huis van de moeder van deze Radu Dogaru. Al eerder gaan geruchten dat gestolen werken zijn verbrand. De dieven zouden dit hebben gedaan omdat het niet lukte de schilderijen te verkopen. Er zijn zes verdachten, van wie een voortvluchtig is.
8 augustus: Volgens het Roemeens Nationaal Historisch Museum zijn de werken van Paul Gauguin, Jacob Meyer de Haan en Henri Matisse verbrand. Sporen wijzen mogelijk op een vierde verbrand kunstwerk, van Lucian Freud. Het is niet duidelijk wat er met de twee werken van Claude Monet en één van Pablo Picasso is gebeurd. Volgens het museum is de kans bijzonder groot dat ze ook verbrand zijn. Maar omdat ze niet op doek maar op papier zijn gemaakt, verbranden ze compleet zonder sporen na te laten.
12 augustus: De Roemeense advocate Vasii zegt tegen het ANP dat alle gestolen doeken nog bestaan. Ze wil dat het ‘klungelige’ onderzoek naar de asresten in Nederland wordt overgedaan.
13 augustus: De rechtszaak in Boekarest wordt op verzoek van de advocaten meteen opgeschort, omdat informatie over de benadeelden ontbreekt.
14 augustus: Advocaat Catalin Dancu beweert dat de asresten naar Nederland gaan voor onderzoek. De advocaten willen ook dat de verdachten in Nederland worden berecht.
10 september: Uitstel van de tweede zitting, onder meer omdat de eigendomsrechten onduidelijk zijn.
22 oktober: Vier verdachten bekennen voor de rechter schuld, maar beweren dat ze niets van de waarde van de doeken afwisten. Alleen moeder Olga, die de doeken zou hebben verbrand, zegt dat ze onschuldig is en zwijgt verder. Een zesde is voortvluchtig. Vervolgonderzoek naar de as in Nederland, is nog niet in gang gezet. Een advocaat kondigt een rechtszaak tegen de Kunsthal en de gemeente Rotterdam aan, omdat die hun zaken niet op orde hadden.
19 november: De aanklager eist 18 jaar cel tegen hoofdverdachte Radu Dogaru, die de doeken wegnam uit het museum. De eis tegen Eugen Darie, die de doeken vervoerde, is niet duidelijk.
26 november: Zowel Dogaru als Darie krijgt 6 jaar en 8 maanden cel opgelegd. De rechter zegt verder dat de verdachten de waarde van de kunstwerken zouden moeten terugbetalen als blijkt dat ze niet meer terugkomen. De advocaat van Darie kondigt direct hoger beroep aan.
3 december: De zaak tegen de andere verdachten gaat verder.