Eenheid op basis van Dordt
Dordt – wat zal ik ervan zeggen… Dordt is niet alleen de rivier, met al wat erop en eraan hoort, maar een brok atmosfeer, een klimaat, waarin je misschien wel geboren moet zijn om er blijvend te kunnen ademen…” Woorden van de ooit befaamde Dordtse dichter C. Buddingh’ (1918-1985).
Dordt is een naam met een eigen klank. „De oudste stad van Holland!” zegt de burgemeester graag en trots bij officiële gebeurtenissen.
Dordt is de stad die meer dan welke ook in Nederland onze Lage Landen accentueert als het gebied van de grote rivieren. Staande op het Groothoofd blik ik naar het meest Hollandse water-landschap. Vier, vijf rivieren vloeien er samen. Zou het hier iets mee te maken hebben dat Dordrecht bij deze en gene vereenzelvigd wordt met ”eenheid”? Eenheid van kerken wel te verstaan. Het zoeken van elkaar met het oog op die gewenste eenheid. Zoals de rivieren bij Dordt samenvloeien, zo moeten de kerken van Nederland weer samenkomen.
De Nederlandse protestantse kerken zijn hopeloos verdeeld. Binnen de gereformeerde gezindte en daarbuiten. Dat is ernstig. Altijd weer zijn er gedrevenen die pogingen ondernemen om hieraan iets te doen, of op z’n minst de gescheidenheid tot onderwerp van gesprek te maken. De pijn ervan te laten voelen.
Zo werd enkele weken geleden in de Grote Kerk van Dordrecht de nationale synode gehouden. Bedoeld als een protestants gespreksforum, om samen „te oefenen in het vinden van eenheid.” Blijkens een krantenverslag gebeurde er ook echt wat. „Bevindelijke en gewone gereformeerden gingen er in gesprek met evangelisch-charismatische migrantenchristenen en vrijzinnig-remonstranten. Het gesprek ging vooral over geloof en kerk, en wat daarin bindt en scheidt.”
Waarom Dordt als locatie gekozen? Wel, werd hier niet, nu bijna vier eeuwen geleden, ook een nationale synode gehouden? Kunnen we aan die synode geen voorbeeld ontlenen in het zoeken naar eenheid? De glossy, verschenen ter gelegenheid van de recente synode, kreeg een veelzeggende naam. „Met trots genoemd naar de stad waarin de kerk in 1618 ter vergadering bijeenkwam: Dordt!”
Ik zou willen herinneren aan wat Dordt 1618/1619 echt was. Een synode die niet verweten kan worden geen oog te hebben voor de eenheid van de gereformeerde belijders. De afgevaardigden kwamen dan ook onbekrompen uit binnen- en buitenland. Ze vonden elkaar in het buigen onder het gezag van de Heilige Schrift. Geroepen om in een ernstig leergeding een uitspraak te doen, schroomden deze mannen niet om aan te wijzen waar de grens tussen waarheid en dwaling loopt.
Hun eenheid was een eenheid, gegrond op de waarheid van Gods Woord. Heel concreet. Ze beleden ernstig en eerlijk de algehele verdorvenheid van de mens, en wezen een optimistischer mensbeeld af. Ze beleden met vreugde de onvoorwaardelijke verkiezing tot zaligheid, en wilden niet weten van enige grond in (het geloof van) de mens. Ze beleden de persoonlijke verzoening door de verdienste van Christus, en ontkenden enige vorm van algemene verzoening. Ze beleden het onweerstaanbare werk van Gods Geest en verwierpen een aandeel van de mens daarin. Ze beleden de bewaring van Gods kinderen bij de verkregen verlossing en wilden van een afval der heiligen niet weten. Ondertussen spraken ze ruimhartig over de prediking van Gods beloften en tegelijkertijd teerhartig over het wonder van de wedergeboorte. Deze leer, zo spraken ze uit, is de schat van Christus’ bruid, die zij hartelijk bemint en standvastig verdedigt.
Wat is het zoeken van eenheid op de grondslag van deze belijdenis een prijzenswaardige zaak. Een geboden zaak ook. Allen die op deze wijze ‘Dordts’ willen heten en dat ook laten functioneren in prediking en pastorale praktijk behoren, zoals de rivieren rond Dordt, samen te vloeien. Elke afzijdigheid is naar mijn gedachte niet te verdedigen. Maar mogen we bewaard blijven voor een eenheid die een andere grondslag dan deze heeft.