„Opbrengen vissersschip disproportioneel”
VALKENBURG. Het Nederlandse vissersschip Annelies Ilena (KW 174), dat vrijdag is opgebracht door de Ierse marine, wordt verdacht van ”highgrading”. De rederij wijst deze beschuldiging van de hand en vindt de Ierse actie disproportioneel.
Rederij Parlevliet & Van der Plas in Valkenburg (gemeente Katwijk), de eigenaar van het schip, heeft dat maandagavond bekendgemaakt. Directeur Diederik Parlevliet was naar Ierland afgereisd om van de Ierse justitie de formele aanklacht te vernemen. Vandaag zou die de hoogte van de borgsom bekendmaken. Als de rederij de bankgarantie daarvoor heeft afgegeven, kan het schip weer naar zee. Controleurs van de Ierse visserijinspectie hebben volgens Parlevliet aan boord 50 kilo horsmakreel gevonden waarvan ze vermoedden dat die in zee zou worden teruggegooid, om ruimte te maken voor (grotere) vis die beter zou worden betaald (highgrading). Dit is door de EU verboden.
De rederij noemt de beschuldiging ongegrond. Deze 50 kilo was nog aan boord en is bovendien een heel kleine hoeveelheid in verhouding tot de totale (toegestane) vangst. „Het is alsof we worden aangehouden op verdenking van 50,00005 kilometer per uur rijden in de bebouwde kom”, aldus Parlevliet.
Highgraden is volgens de rederij „zeer onlogisch”, omdat het quotum voor horsmakreel nog lang niet is volgevist. Daarnaast kan de schipper aantonen dat er op het moment van aanhouden een grote variëteit in maten vis aan boord ingevroren was, waaronder kleine horsmakreel.
Op 10 december komt de zaak tegen de Nederlandse rederij voor de Ierse rechter.