De dreigberichten werden zeer serieus genomen. Scholen bleven een dag dicht en in de dagen erna was er extra bewaking op scholen. V. zat in Costa Rica en werd al vrij snel door de politie getraceerd. Volgens de rechtbank plaatste V. de eerste dreiging niet zelf, maar hij borduurde er in een tweede dreiging wel op voort. Daarmee „versterkte en complementeerde” hij het eerste dreigement.

Het Openbaar Ministerie (OM) had om een voorwaardelijke celstraf van een maand en een werkstraf van 150 uur voor de tiener gevraagd.

V. zat in Costa Rica en kwam vrijwillig naar Nederland. Hij zegt dat een Amerikaanse backpacker de eerste dreiging plaatste. V. ontmoette hem in een hotel en leende hem zijn laptop. In het eerste bericht werd in het Engels gedreigd met de schietpartij de volgende dag. Het bericht werd op zaterdag geplaatst. In het Nederlands volgde een bericht dat de schietpartij niet zondag, maar maandag zou plaatsvinden. V. heeft wel bekend de tweede dreiging te hebben geplaatst.

Omdat de politie geen nader onderzoek heeft gedaan naar de Amerikaan, kan het verhaal van V. niet worden uitgesloten. Toch houdt de rechtbank V. medeverantwoordelijk voor de eerste dreiging. De jongen leende zijn laptop uit en gaf de Amerikaan informatie op basis waarvan die de dreiging plaatste.

Op zitting vertelde V. dat hij op zondag te horen kreeg dat in Leiden scholen gesloten bleven vanwege zijn actie. De rechtbank neemt het hem kwalijk dat hij toen geen contact opnam om te zeggen dat het geen serieuze dreiging was. Volgens de rechters zorgde de dreiging voor veel angst op de scholen.