PDL-leden die zich niet kunnen vinden in dat beleid en in de voetbalkreet, hebben zich onder leiding van vicepremier Angelino Alfano afgesplitst. Daar horen alle PDL-ministers bij. Zij gaan onder de naam Nieuw Centrumrechts (NCD) verder met de brede coalitie met centrumlinks onder leiding van premier Enrico Letta.

Italië is met zijn enorme schuldenlast afhankelijk van het vertrouwen van de financiële markten en zijn politieke stabiliteit. NCD heeft volgens berekeningen van Italiaanse media tientallen parlementariërs achter zich, zodat Letta aan zou kunnen blijven. Berlusconi concludeerde zaterdag zelf dat hij de regering niet ten val kan brengen.

Een dieper liggende oorzaak voor de breuk is het strafblad van Berlusconi (77). De Senaat dreigt hem daarom later deze maand zijn parlementszetel af te pakken. Berlusconi eiste al weken dat de PDL dan uit de regering stapt.

Het einde van de PDL liep niet zonder emotionele taferelen. De NCD’ers werden uitgejouwd als ‘verraders’ en ‘clowns’. Berlusconi hield een toespraak van anderhalf uur. Die was niet alleen doorspekt van de gebruikelijke aanvallen tegen ‘communistische’ rechters en officieren van justitie die hem zouden achtervolgen. De rede was voor zijn doen ook erg eurosceptisch. Hij noemde de euro een „buitenlandse munt”. Mario Monti, die hem in 2011 opvolgde als premier, is volgens Berlusconi „op de knieën gegaan voor Duitsland”, toen hij een streng bezuinigingsbeleid ging voeren.

Volgens Berlusconi is er slechts één oplossing voor Italië: „Alle gematigde krachten verenigen en hen op Forza Italia laten stemmen!” De „misdadige en onmenselijke ideologie van het communisme” moet worden tegengehouden.