Dat heeft staatssecretaris Fred Teeven (Veiligheid en Justitie) zaterdag aan de Tweede Kamer laten weten. De recidive van voormalige tbs’ers wordt al sinds de jaren 80 in kaart gebracht, maar per instelling waren de cijfers nog niet bekend.

Tbs-klinieken kunnen niet zomaar met elkaar vergeleken worden omdat ze uiteenlopende soorten patiënten hebben. Een studie van het WODC, het onderzoeksbureau van het ministerie van Veiligheid en Justitie, laat zien dat met verrekening van de verschillen een vergelijking toch mogelijk is.

Voor een kliniek komt er een voorspelling van de mate waarin ex-patiënten op vrije voeten toch weer in hun oude gedrag vervallen. Daarbij telt de zwaarte van de patiënten in een bepaalde kliniek mee. Deze prognose wordt vergeleken met de daadwerkelijke cijfers.

De eerste vergelijkingen tussen klinieken die het WODC heeft gemaakt, zijn nog voorlopig omdat overplaatsingen en specifieke aandoeningen van patiënten nog niet zijn meegeteld. Daarom worden nu de namen van klinieken nog niet genoemd.