De Dow-Jonesindex noteerde aan het slot van de handel 0,5 procent hoger op 15.961,70 punten. De brede S&P klom 0,4 procent tot 1798,18 punten en de technologiebeurs Nasdaq steeg 0,3 procent tot 3985,96 punten.

Beleggers kregen wat cijfers over de Amerikaanse industrie voorgeschoteld. Zo bleek dat de industriële productie in de Verenigde Staten in oktober onverwacht is gedaald. Verder werd gemeld dat de industriële activiteit in de regio rond New York in november is gekrompen, terwijl juist op groei was gerekend. Deze tegenvallende cijfers versterkten het gevoel dat de Fed voorlopig nog niet zal beginnen met de afbouw van het steunbeleid.

ExxonMobil won 2,2 procent. Berkshire Hathaway, het investeringsbedrijf van de Amerikaanse beleggingsgoeroe Warren Buffett, heeft circa 3,5 miljard dollar geïnvesteerd in aandelen van het olieconcern. Het gaat om de grootste investering van Berkshire sinds het grote belang in IBM, dat in 2011 werd gemeld.

Ook pakketvervoerder FedEx stond in de belangstelling. Investeringsfondsen van de bekende beleggers Dan Loeb, George Soros en John Paulson maakten afzonderlijk melding van belangen in het bedrijf. FedEx noteerde 1,6 procent hoger. Detailhandelaar JC Penney profiteerde ook van nieuws over deelnemingen van grote investeerders met een plus van 3,9 procent.

Applied Materials bracht donderdag na de slotbel de resultaten naar buiten. De Amerikaanse chipproducent wist in het vierde kwartaal van het gebroken boekjaar 2012/2013 weer winst te boeken, na het stevige verlies een jaar geleden. Dat was mede te danken aan kostenbesparingen. Het aandeel Applied Materials stond licht lager.

Industrieel conglomeraat General Electric won 0,8 procent. Het bedrijf wil een deel van de consumentenkredietactiviteiten in Noord-Amerika naar de beurs brengen. De financiële dienstverlener Western Union ging 4,3 procent omlaag, na de bekendmaking dat de financieel directeur opstapt.

Voedingsmiddelenbedrijf Kellogg leverde 1,1 procent in na een adviesverlaging door Barclays.

De euro was 1,3490 dollar waard, tegen 1,3481 dollar bij het slot van de Europese beurzen. De prijs van Amerikaanse olie daalde 0,1 procent tot 93,70 dollar per vat. Brentolie werd een fractie duurder op 108,34 dollar.