Prof. Herman Paul las damesbladen: Alles draait om zelfontplooiing
GRONINGEN. Zelfontplooiing is een dominante notie in onze samenleving. In damesbladen vormt ze zelfs het centrale thema. Zelfontplooiing wordt daarin dwingend voorgeschreven.
Dat betoogde prof. dr. H. J. Paul vrijdagmiddag op het najaarssymposium van de faculteit godgeleerdheid en godsdienstwetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen. De bijeenkomst had als thema ”Zelfontplooiing: een theologische peiling”.
De bijzonder hoogleraar secularisatiestudies namens de zendingsorganisaties IZB en GZB, kwam na het napluizen van diverse vrouwenbladen tot de conclusie dat deze uitgaven morele autoriteiten zijn. Behalve zelfontplooiing propageren ze idealen zoals onafhankelijkheid, individualiteit en authenticiteit. Daarmee verwante thema’s zoals zelfreflectie en bevrijding van een keurslijf krijgen ook veel aandacht.
Prof. Paul had zich niet beperkt tot seculiere bladen, maar had ook gekeken naar het christelijke blad Eva. Daarin staat zelfontplooiing volgens hem vooral in het kader van verhalen over dienstbare vrouwen die zeggen dat zij een roeping volgen. Niet het eigen zelfbewustzijn, maar de identiteit in Christus wordt benadrukt.
„Tweeslachtig”, noemde prof. Paul deze moraal. Het mensbeeld van Eva is naar zijn mening een mengsel van scheppingsgeloof en zelfontplooiing. De liefde tot God en de dienstbaarheid krijgen veel aandacht, maar tegelijkertijd spelen het goede uiterlijk en „de bevrijding van sloofje zijn een grote rol.”
Prof. dr. W. H. Slob, bijzonder hoogleraar protestantse kerk, theologie en cultuur, signaleerde in zijn lezing ”Wij zijn onze evaluatie” dat zelfverloochening en zondebesef nagenoeg geheel verdwenen zijn in de geseculariseerde cultuur. In het huidige neoliberale klimaat, waar alle herinneringen aan het christelijke zondigheid zijn uitgewist, heerst de loon-naar-werkenmoraal. „Als efficiëntie en winst leidende principes zijn en het succes breed uitgemeten in de media, dan zijn mislukkingen taboe”, meende hij.
De hoogleraar voorspelde dat geestelijke raadgevers te maken zullen krijgen met veel gekrenkte zelfbeelden. Hij pleitte voor een vernieuwde aandacht voor de verzoeningsleer. Volgens prof. Slob snakken mensen daarnaar, omdat er dan ruimte is voor erkenning van schaamte en schuld.
Dr. K. Schilder
Prof. dr. H. van den Belt, bijzonder hoogleraar gereformeerde godgeleerdheid namens de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk, hield een lezing over de positieve beoordeling van de zelfontplooiing bij K. Schilder en de reacties hierop van de theologen K. H. Miskotte en O. Noordmans.
Prof. Van den Belt nam zijn uitgangspunt in het boek ”Christus en cultuur”, waarin Schilder de christenen ertoe oproept de mogelijkheden in de schepping te ontplooien.
Anders dan bij Abraham Kuyper, die zijn cultuurmandaat baseerde op de algemene genade, koos Schilder voor de scheppingsopdracht. Door het kruis van Christus kon de gevallen schepping worden teruggebracht bij de Schepper.
Volgens prof. Van den Belt wezen de theologen K. H. Miskotte en O. Noordmans terecht op enkele gevaren van de visie van Schilder. Toch is Schilders’ visie volgens prof. Van den Belt leerzaam, omdat deze terecht inzag dat de schepping van het kwaad moest worden bevrijd. De hoogleraar noemde Schilder „een tegengif tegen het individualisme en de piëtistische neiging tot ontduiking van de verantwoordelijkheid voor de schepping.”