Volgens de minister volstaat het wettelijk kader van toezicht door De Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële Markten op dit moment niet. Manipulaties als die met de Libor-rente vallen nu niet onder de regels tegen marktmisbruik. Het is volgens de minister essentieel dat de „lacune in de wet- en regelgeving zo snel mogelijk wordt gerepareerd”.

Omdat er in Europees verband al aan nieuwe wetgeving wordt gewerkt, lijkt de Europese weg op dit moment de meest effectieve route, aldus de minister. Maar hij wil zich daar niet afhankelijk van maken en bereidt daarom voor de zekerheid ook nieuwe Nederlandse wetgeving voor. Mocht het in Europa te lang duren, dan ligt er een nationaal alternatief om het manipuleren van Libor- of Euribor-rentes in de toekomst te voorkomen.

Dijsselbloem gaat in zijn brief ook in op eventuele strafrechtelijke vervolging van frauderende Rabobankmedewerkers. Personen die nu nog bij de Rabobank werken, worden niet door het Openbaar Ministerie vervolgd, omdat de bank aansprakelijk is en maatregelen had moeten nemen. Het OM kijkt nu wel naar „eventuele vervolging” van mensen die niet meer bij de Rabobank werken. Dijsselbloem zei eerder al dat het voor het „rechtsgevoel” van burgers goed zou zijn als deze fraudeurs worden vervolgd.

Rond de 30 medewerkers van de Rabobank manipuleerden de Libor-rente tussen 2005 en 2011. De Rabobank moet daarvoor 774 miljoen euro aan schikkingen betalen. Dijsselbloem noemde de fraude eerder schaamteloos en de opgelegde sancties terecht.