De rechtbank veroordeelde K. eerder tot 18 jaar. Toen vroeg justitie om een levenslange celstraf. In hoger beroep had het Openbaar Ministerie (OM) 30 jaar geëist. De aanklager in hoger beroep vindt dat er wel sprake was van moord en verkrachting. Het hof komt tot een hogere straf omdat ze niet laat meewegen dat K. mogelijk zwakbegaafd is, dat deed de rechtbank wel.

Moord is juridisch gezien een zwaarder delict dan doodslag, omdat de dader de tijd heeft gehad om zijn over de gevolgen van zijn daad na te denken. Maar het hof vindt dat, net als de rechtbank eerder, niet bewezen. Het zoontje van K. verklaarde dat zijn vader op de bewuste dag helemaal gek werd en K. schreef aan zijn ouders een brief met soortgelijke strekking.

Jennefer verdween in oktober 2011. De politie vond het stoffelijk overschot van het meisje op de slaapbank van K. Hij lag daar toen zelf op te slapen. In de kelder van zijn woning zou hij het slachtoffertje hebben gewurgd. K. is de ex-vriend van Jennefers zus. Jennefer kwam naar het huis van K. om daar met haar neefje en nichtje te spelen.

Advocaat Deniz Urcun zei de hoge straf „niet te begrijpen”, maar vertelde dat hij K. wel had voorbereid dat een celstraf van 20 jaar tot de mogelijkheden behoorde. Urcun weet nog niet of hij in cassatie gaat bij de Hoge Raad. Een woordvoerster liet weten dat het OM tevreden is dat K. voor de bewezen verklaarde feiten de maximale straf heeft gekregen. „Maar het hof kijk wel anders aan tegen het bewijs.” Het OM bekijkt nog of er aanknopingspunten zijn om in hoger beroep te gaan.