Economie

Opmars anderhalfverdieners komt tot een halt

DEN HAAG (ANP). In de economisch mindere jaren na 2008 is het aandeel anderhalfverdieners onder paren met jonge kinderen nauwelijks veranderd. In 2012 werkte bij 54 procent van deze paren de ene partner voltijd en de andere partner deeltijd. Dit is net zo veel als in 2008, maakte het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) maandag bekend.

4 November 2013 10:31Gewijzigd op 15 November 2020 06:47

In de periode daarvoor nam het aandeel anderhalfverdieners nog sterk toe: van 31 procent in 1996 naar 54 procent in 2008. De stijging was minder sterk in de periode tussen 2000 en 2004, toen de economie zich ook minder voorspoedig ontwikkelde.

Het is door de hoge werkloosheid nu lastiger om een fultime of partime-baan te vinden, verklaart CBS-econoom Peter Hein van Mulligen. Volgens het statistiekbureau werkte bij bijna een kwart van de paren met jonge kinderen vorig jaar slechts één partner voltijd (35 uur of meer per week) en behoorde de andere partner niet tot de werkzame beroepsbevolking.

Ook het totaal aantal arbeidsuren per week is bij paren met jonge kinderen sinds 2008 gelijk gebleven. In 2012 werkten zij samen gemiddeld 57 uur per week. Zij besteden tegenwoordig wel meer uren aan betaald werk dan medio jaren 90. In 1996 werkten paren met jonge kinderen nog 49 uur. Deze toename met een werkdag per week kwam volledig voor rekening van de moeders.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer