Wereld houdt refozuil spiegel voor
Het bezig zijn met zijn reputatie kan voor de refozuil een stimulans zijn om opnieuw op zoek te gaan naar de bronnen waaruit de gemeenschap put, betoogt dr. Jan van der Stoep.
De reformatorische gemeenschap heeft in de publieke opinie een niet al te best imago. Ze houdt er in de ogen van velen achterhaalde ideeën op na over mediagebruik, de positie van de vrouw en de kleding die wordt gedragen. Ook hangt om de reformatorische zuil het beeld van mensen die overal tegen zijn: tegen koopzondagen, tegen popconcerten, tegen het homohuwelijk.
Het valt me op dat mensen uit reformatorische kring zich in toenemende mate druk maken om deze beeldvorming. Dat is ook niet zo verwonderlijk, omdat het beeld dat wordt opgeroepen vaak weinig vleiend is en er ook nogal wat karikaturen over de reformatorische gemeenschap bestaan. Bovendien is beeldvorming in onze mediasamenleving zo belangrijk dat je je het als gemeenschap niet kunt veroorloven om je er niet druk over te maken.
Hoe komt het dat er in de media zo’n negatief beeld van de reformatorische gemeenschap bestaat? Ik denk allereerst omdat sommige landgenoten dit beeld van de reformatorische gemeenschap nodig hebben om zichzelf als verlicht en vooruitstrevend te positioneren. De reformatorische gemeenschap staat voor progressieve Nederlanders symbool voor een bekrompen geestelijk klimaat dat ze graag achter zich willen laten.
Tegelijkertijd hebben mensen uit reformatorische kring dit beeld denk ik ook vaak over zichzelf afgeroepen. De reformatorische identiteit heeft zich in belangrijke mate gevormd als een tegenover van het moderne geseculariseerde denken. Dit leidt ertoe dat men gemakkelijk geneigd is om de profilering van de eigen identiteit te zoeken in een afwijzen van nieuwe ontwikkelingen.
Dat reformatorische christenen zich in toenemende mate druk maken over de reputatie die men in de samenleving heeft, kan een teken zijn van afgenomen zelfvertrouwen. Het laat zien dat er scheuren en barsten ontstaan in een voorheen tamelijk stevige zuil.
Bovendien kun je je afvragen of je je zo veel gelegen moet laten liggen aan wat anderen over je zeggen. Roept de boodschap van Jezus Christus niet per definitie weerstand op? En benadrukt Jezus Christus ook Zelf niet dat we vooral bezig moeten zijn met wat er binnen in ons eigen hart leeft?
Hoe belangrijk deze reserves ook zijn, toch denk ik dat het bezig zijn met de reputatie die men heeft een louterende werking kan hebben op de eigen gemeenschap. Christenen zijn geroepen om het heil van de samenleving na te streven. Als dat door de buitenwereld niet wordt opgemerkt, mag je je terecht zorgen maken. De wereld houdt de reformatorische zuil een spiegel voor. Is het beeld dat veel mensen van de reformatorische gemeenschap hebben inderdaad het beeld dat ze wil oproepen?
In het voorgaande liet ik een aantal keren het woord ”reputatie” vallen. Je reputatie wordt bepaald door wat anderen over je zeggen. Dit in tegenstelling tot een begrip als ”identiteit”, waarbij het veeleer gaat om wat je over jezelf zegt. Denk je in termen van identiteit, dan denk je vooral van binnen naar buiten. Je wilt een boodschap aan de wereld vertellen. Denken in termen van reputatie daarentegen leidt juist tot een beweging van buiten naar binnen. Wie zeggen anderen dat wij zijn? En hoe komt het dat we dit beeld oproepen?
In de communicatie zijn beide bewegingen nodig. Het is goed om te luisteren naar wat anderen zeggen en zo de buitenwereld binnen te laten komen. Tegelijkertijd is het ook belangrijk om zelf vanuit een overtuiging te spreken en een boodschap voor de wereld te hebben. De beweging van buiten naar binnen en die van binnen naar buiten horen bij elkaar, zoals in- en uitademen bij elkaar horen.
Lange tijd heeft in de reformatorische zuil een denken in termen van identiteit, van binnen naar buiten, centraal gestaan. Door je als gemeenschap te spiegelen aan wat anderen, al dan niet terecht, over je zeggen, kan opnieuw een beweging van buiten naar binnen op gang worden gebracht. Dat is belangrijk omdat christenen uiteindelijk nooit hun identiteit vinden in zichzelf, maar in Jezus Christus. Er zit altijd ruis tussen het beeld dat christenen van het geloof neerzetten en de boodschap van het Evangelie.
Bezig zijn met de eigen reputatie mag geen doel op zich worden. Het kan echter wel een beweging op gang brengen waarin opnieuw naar de legitimatie van de eigen gemeenschap en de standpunten die deze gemeenschap heeft ingenomen, wordt gevraagd. Het kan met andere woorden een stimulans zijn om opnieuw op zoek te gaan naar de bronnen waaruit je als gemeenschap put.
De auteur is lector media, religie en cultuur aan de Christelijke Hogeschool Ede. Dit artikel is een samenvatting van een lezing die de auteur vrijdag verzorgde op een bijeenkomst van het Biblebelt Network in Gouda.