De minister staat achter de besluiten van de inspectie om het bevel om de huisarts op non-actief te zetten eerst niet en toen wel openbaar te maken. De onduidelijkheid die was ontstaan voor patiënten en zorgverleners, rechtvaardigde uiteindelijk openbaarmaking. Uit het bevel bleek dat de huisarts een terminale patiënt 1000 mg morfine toediende, veel meer dan toegestaan. De patiënt overleed kort daarna.

Ook de huiszoeking bij de arts door justitie en de verhoren zijn volgens de regels verlopen, schrijven de bewindslieden. Er was gekozen voor een doorzoeking in de avond, omdat daarmee onrust in de kleine gemeenschap van Tuitjenhorn voorkomen zou kunnen worden. De arts is niet van zijn bed gelicht, zoals media zouden hebben geschreven.

Schippers gebruikt de brief verder om duidelijk te maken dat „artsen alle ruimte hebben om euthanasie en palliatieve sedatie toe te passen volgens de richtlijnen die we in Nederland kennen”. Ook vindt ze het van belang dat patiënten kunnen blijven vertrouwen op de noodzakelijke terminale zorg.

De inspectie heeft volgens Schippers in een gesprek met artsenorganisaties ook aangegeven dat de zaak-Tuitjenhorn niet mag worden gezien als een signaal dat het beleid rond hulp bij levenseinde is veranderd. Ook is het toezicht en de handhaving van de inspectie niet aangescherpt. Artsen die volgens de regels handelen, hoeven zich geen zorgen te maken, aldus de inspectie.