COC doet aangifte tegen kerkgenootschap
UTRECHT. De Evangelie Gemeente Utrecht, die onlangs weigerde een kerkzaal te verhuren aan homoseksuele jongeren, kan het bij het College voor de Rechten van de Mens en mogelijk bij de strafrechter „heel lastig” krijgen.
Dat verwacht advocaat mr. Teunis van Kooten, die werkt aan een dissertatie over de juridische positie van kerken.
Homo-organisatie COC deed vrijdag aangifte tegen de kerkelijke gemeente wegens discriminatie. Het kerkgenootschap weigerde een ruimte beschikbaar te stellen voor de COC-jongerenorganisatie Jong&Out. Eerder deze week werd bekend dat het COC ook een oordeel wil van het College voor de Rechten van de Mens.
De Evangelie Gemeente Utrecht verhuurt zalen in haar kerkgebouw in het centrum van Utrecht. Daarvan maken diverse organisaties, zoals de Universiteit Utrecht en GroenLinks, gebruik. Eerder zei bestuurslid Paul de Vries dat de gemeente ervoor kiest aan „neutrale” organisaties te verhuren. „Wij wijzen wel vaker verhuuraanvragen af. Wij verhuren bijvoorbeeld niet aan meditatiecursussen, sprekers over paranormale thema’s etc.”
Advocaat Van Kooten betwijfelt of in dit geval het College voor de Rechten van de Mens –de vroegere Commissie Gelijke Behandeling– en de rechter de weigering om een zaal aan homojongeren te verhuren zullen accepteren. „Ik denk dat het COC bij het College voor de Rechten van de Mens een goede kans maakt. Als je als verhuurder bewust naar buiten treedt, mag je niet zomaar onderscheid maken tussen aspirant-huurders. Daarbij is van belang dat deze kerk ook zalen verhuurt aan organisaties die niet-kerkgebonden zijn, zoals GroenLinks.”
Kerken hebben tot dusver wel het recht om zalen louter aan „kerkeigen” organisaties te verhuren, betoogt Van Kooten. „Je mag bijvoorbeeld als evangelische gemeente zalen verhuren aan alleen een evangelische kindercrèche, een evangelisch zangkoor, of een evangelische Bijbelkring, zolang het maar binnen de eigen kerkelijke sfeer blijft. Dan heb je veel meer vrijheid en mag je anderen in principe weigeren. Van groot belang is wel dat je consistent in je beleid moet zijn. Zodra je als kerk als verhuurder naar buiten treedt en actief wordt op de verhuurmarkt en meer geld wilt verdienen, dan moet je in principe zonder aanzien des persoons te werk gaan. Je zult je dus als kerk vooraf goed moeten afvragen wat je wilt en je beleid duidelijk moeten vastleggen.”
De vrijheid die kerken in het verhuurbeleid hebben, staat „onder druk”, stelt Van Kooten. „De ruimte om als kerk een eigen beleid te voeren, wordt minder. In mei 2012 oordeelde de toenmalige Commissie Gelijke Behandeling dat de Doopsgezinde Gemeente Groningen bij de verhuur van woningen geen voorrang mocht geven aan doopsgezinde jongeren.”