Euronext reageerde met de uitspraak op stappen van concurrenten in Frankfurt en Londen, die met een prijzenslag klanten uit Amsterdam willen wegkapen.

Deutsche Börse verhandelt sinds deze week alle 25 aandelen die opgenomen zijn in de AEX-index, de graadmeter van het Damrak. Ook de Londen Stock Exchange begint binnenkort de handel in Nederlandse aandelen. Beide beurzen zeggen dat hun tarieven duidelijk onder de handelskosten in Amsterdam liggen.

De baas van de effectenbeurs in Amsterdam, George Möller, is niet onder de indruk van de krachtige taal uit het buitenland. Volgens hem vertellen Deutsche Börse en Londen Stock Exchange een half verhaal.

De beurzen in Londen en Frankfurt schermen met hun directe handelskosten, zoals de transactietarieven. Deze kosten liggen in Duitsland en Engeland voor AEX-aandelen inderdaad lager. „Maar”, zegt Möller, „de directe handelskosten maken slechts 10 procent van de totale rekening uit. Veruit het grootste deel van de handelskosten hangt af van de mate waarin een beurs een geoliede machine is, zodat bijvoorbeeld de bied- en laatprijzen van aandelen dicht bij elkaar liggen.”

Kijkt een belegger naar het gehele bedrag dat onder de streep moet worden afgerekend, dan is Amsterdam volgens Möller nog altijd goedkoper. „Wij zijn ervan overtuigd dat Amsterdam de laagste kosten berekent.”

Möller zegt dan ook niet bang te zijn dat de concurrenten een gat slaan in het klantenbestand. „Concurreren is meer dan het noemen van een tariefje”, stelt hij. „Londen heeft een apart tarief opgezet voor de Nederlandse markt om klanten weg te lokken. De vraag is of de prijzen lang op hetzelfde niveau blijven.”

Toch snijdt ook Euronext in de tarieven om de klanten tevreden te stellen. De beursbeheerder had al aangekondigd dat de prijzen volgend jaar 11 procent lager zullen liggen. Daarnaast verlaagt Euronext de vaste kosten voor kleine spelers fors om te voorkomen dat zij vertrekken. Amsterdam telt ongeveer vijftig kleine beleggingsbedrijven.

Möller is niet van plan zelf een groots offensief richting andere beurzen te openen. Wel herhaalde hij dat de fusiebeurs verdere „Europese ambities” heeft, met het doel een leidende rol te spelen. Dat moet ertoe leiden dat Euronext dermate belangrijk wordt dat grote Europese bedrijven er zelf een notering willen. Mocht Endemol fuseren met Telefonica, dan moet het telecombedrijf Amsterdam prefereren boven de beursvloer in Spanje, aldus Möller. „We kijken vooral in de richting van individuele aandelen.”

Euronext, voortgekomen uit een fusie van de beurzen in onder meer Parijs en Amsterdam, is gemeten naar de marktwaarde van alle genoteerde bedrijven de tweede beurs in Europa. De fusiebeurs moet alleen de handelsvloer in Londen voor zich dulden.