„Ongekende hervormingen op komst in China”
PEKING (ANP/RTR). De Chinese regering komt bij een partijbijeenkomst van de Communistische Partij volgende maand met ‘ongekende’ economische en maatschappelijke hervormingen. Dat heeft de hoge partijman Yu Zhengsheng zaterdag via staatsmedia bekendgemaakt.
„De hervormingen zullen ingrijpende veranderingen in de economie en samenleving sterk naar voren halen”, zei Zhengsheng. Hij is een van de eerste van China’s hoogste leiders die zich uitlaat over de aankomende derde plenaire sessie van het vijfjaarlijkse partijcongres, dat in november vorig jaar voor het eerst bij elkaar kwam.
Historisch gezien zijn dit soort derde bijeenkomsten vaker als springplank gebruikt om belangrijke economische hervormingen door te voeren. In 1978 lanceerde voormalig leider Deng Xiaoping zijn grote pakket aan maatregelen om China’s economie weer op de been te helpen na de rampzalig verlopen Culturele Revolutie van Mao Zedong, eveneens op zo’n derde vergadering.
Naar verwachting behelst de hervormingsagenda van de in maart dit jaar aangetreden president Xi Jinping vooral financiële en fiscale maatregelen. Ook denken kenners aan hervormingen die het makkelijker maken voor Chinezen om te verhuizen van het platteland naar de stad en andersom. Er zal op de bijeenkomst waarschijnlijk niet over politieke hervormingen worden gesproken.
China kampt de laatste tijd met stagnerende economische groei. In het derde kwartaal is de Chinese economie met 7,8 procent voor het eerst in bijna een jaar tijd wel iets sneller gegroeid dan in het voorgaande kwartaal. Maar of dat het begin is van een periode van herstel, is nog niet zeker. In het tweede kwartaal viel het groeitempo nog terug tot 7,5 procent.
In mei maakte premier Li Keqiang al bekend dat de Chinese regering zich in de toekomst minder wil gaan bemoeien met de economie van het nog steeds communistische land. Beperkingen zoals die van de handel in de Chinese munt yuan op de kapitaalmarkt zouden daarvoor moeten worden opgeheven. De nieuwe regering denkt dat de staatsbemoeienis „een meer robuuste groei” van de Chinese economie in de weg staat.